nr. 09
NOTULEN
van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad der gemeente Soest
op maandag 12 oktober 1992 te 19.00 uur.
Voorzitterde heer J. de Widt, burgemeester;
Secretarisde heer W.P. de Kam.
Aanwezig de leden: W.A. Blaauw, mevr. A. Blommers - Biezeno, C. Boerkoel,
A.W. van den Breemer, G.L. van den Deijssel, J.J. Ebbers, mevr. G. van Eek
- van Veelen, mevr. B.M. Gerritse - van Ee, F.L. Jansen, F. Kingma,
A.F.M. Krijger, R.W. Krol, R.A. van Logtenstein, J.P.J. Lokker, W.R.
Meilof, J.L. Menne, G.A.W.G.A. Plomp, mevr. E. Spijk - Huberts, mevr.
W.A.A. Stekelenburg -Ruitenburg, mevr. J.M. Swinkels, mevr. A.DTomassen -
Holsheimer, C. Verheus, J. Visser, H.L. Witte, J.B. van Wuijckhuijse en
JAZwaanenburg
Afwezig met kennisgevingmevrEvan Gorkum
VOORZITTER: Ik open de raadsvergadering. Een bijzondere raadsvergadering, te
weten de behandeling van de ontwerp-begroting 1993 en ontwerp-meerjaren-
begroting 1993-1996, gevolgd de rest van deze week door een gewone raads
vergadering. Bericht van verhindering is binnengekomen van mevrouw Van
Gorkum. Voor het overige hoop ik dat wij met elkaar op een plezierige en
constructieve wijze deze begrotingsbehandeling van het jaar 1992, maar voor
de begroting 1993 mogen voeren.
We hebben een soort dienstregeling samengesteld en ik kom dan aan het eerste
onderdeel hiervan te weten:
Fractievoorzitters krijgen de gelegenheid om in vijf minuten de hoofdpunten
uit hun algemene beschouwingen toe te lichten.
VOORZITTER: Ik wilde daarbij dezelfde volgorde hanteren zoals die ook in Op
't Hoogt staat en dus ook de volgorde van de grootte van de partijen in deze
raad. Ik geef graag als eerste het woord aan de CDA-fractie.
Heer VERHEUS (CDA)Mijnheer de voorzitter, na alles wat er in de diverse
commissies al gezegd is over deze begroting en de algemene beschouwingen
zoals die gepubliceerd zijn in Op t Hoogt, lijken mij de zogenaamde vijf-
minuten speeches eigenlijk overbodig. Ik zal het dan ook kort houden om niet
in herhaling te vervallen. In tweede instantie is er nog gelegenheid genoeg
om te reageren op de antwoorden van het college en van de overige fracties.
Het CDA is van mening dat het geld dat over is, terug moet naar de burgers.
Trouwens, dat wordt door alle partijen onderschreven. Verschil van mening
bestaat er ons inziens over de wijze waarop.
Wij willen de afvalstoffenheffing voor eenpersoons huishoudens verlagen.
Vorig jaar is er een motie aangenomen om de mogelijkheden te onderzoeken om
gedifferentieerde tarieven in te voeren. Vooruitlopend daarop willen wij een
aanzet geven, zoals ook de provincie doet bij de zuiveringsheffing, want die
past ook andere tarieven toe bij eenpersoons huishoudens. Daardoor hoeft de
kostendekkendheid niet in gevaar te komen. Dit kan namelijk gefinancierd
worden uit het overschot van 1991. Hetzelfde geldt voor de onroerend goed-
belasting, onroerend zaakbelasting heet het tegenwoordig, geloof ik. Bij het
desbetreffende raadsvoorstel komen we daar zonodig nog nader op terug.
Vervolgens, mijnheer de voorzitter, nog een paar opmerkingen over de politie.
De wijkgerichte surveillance baart ons grote zorgen. Het in april volgend
jaar aflopende convenant heeft feitelijk niet datgene opgeleverd wat de
doelstelling ervan was, namelijk meer politie zichtbaar aanwezig in de
wijken. Wij hebben grote twijfel of dit na de reorganisatie volgend jaar