16 april 1992
- 3 -
het verdere overleg. Daarbij zal men zich overigens moeten realiseren dat
niet de verwachting kan zijn dat er bij reorganisatie niets verandert en dat
in het proces van overleg het een zaak is van geven en nemen.
Vervolgens leest de voorzitter vraag lb luidend als volgt:
"b) Indien dit voornemen aanwezig is met welke argumenten wil de verantwoor
delijke portefeuillehouder dit voornemen ondersteunen tegen het licht van
genoemde doelstellingen?"
De voorzitter zegt dat hij al heeft aangegeven waarom hij het globaal concept
heeft ondersteund en ook de bereidheid heeft uitgesproken om in het verdere
overleg deze aangelegenheid nader te willen bezien.
Vraag 2 luidt als volgt:
"Het sluiten van het politiebureau 's nachts kan bij de bevolking een gevoel
van onveiligheid geven.
a) Is naar het oordeel van de portefeuillehouder dit gevoel terecht?
b) Welke stappen worden ondernomen om dit gevoel tegen het licht van
bovengenoemd antwoord weg te nemen c.q. te verminderen?"
De voorzitter zegt te erkennen dat het sluiten van het politiebureau in de
nachtelijke uren bij een aantal mensen een gevoel van onveiligheid kan geven.
Overigens zijn gevoelens van veiligheid en onveiligheid soms niet afhankelijk
van objectieve omstandigheden maar van zeer subjectieve aard. Dat neemt niet
weg dat dit soort gevoelens serieus moet worden genomen. Spreker zegt dat in
ieder geval te willen doen. Het is dan ook een van de aspecten die in de
belangenafweging een rol hebben gespeeld en ook zullen blijven spelen.
Overigens mag het geopend weten van een politiebureau niet leiden tot een
gevoel van schijnveiligheid. Primair staat dat de politie snel bereikbaar is.
Zoals reeds opgemerkt zal nog worden onderzocht in welke mate gedurende de
nachtelijke uren een beroep op de politie wordt gedaan anders dan bij wijze
van een telefonisch verzoek. Het sluiten van het bureau 's nachts - als het
doorgaat - betekent dat voorzieningen worden getroffen om binnen de gegeven
mogelijkheden de bereikbaarheid van de politie en de reactietijd op z'n minst
op het huidige niveau te handhaven. Hierover vindt nog verder overleg plaats
alsmede over de actieve voorlichting die ook alsdan zal plaatsvinden.
Vraag 3:
"In het .rapport betreffende de regionalisering wordt als argument om alle
operationele functies in Baarn onder te brengen, gebruikt dat Baarn per
augustus a.s. over een betere outillage beschikt dan Soest. Soest bouwde in
1987 een nieuw politiebureau ook met de bedoeling het cellentekort op te
heffen.
a) Zijn de normen voor een goede outillage in de afgelopen 4 jaar sterk
veranderd?
b) Was bij de aanvang van de bouw van het politiebureau in Baarn bekend
dat operationele functies in Baarn werden ondergebracht?"
De voorzitter beantwoordt vraag a ontkennend. Ten aanzien van vraag 3b merkt
hij op dat bij de aanvang van de bouw niet bekend was dat operationele
functies in Baarn werden ondergebrachtHet onderbrengen van de operationele
functies in Baarn is een voornemen dat in het globaal concept staat vermeld.
Ook daarover moet nog definitieve besluitvorming plaaatsvinden. Meer in het
bijzonder wat betreft de cellen merkt hij op dat hij vandaag over deze
aangelegenheid nog contact heeft gehad met zijn collega in Baarn. Deze deelde
mee dat aanvankelijk in Baarn was uitgegaan van een zeer sober cellenblok. Op
verzoek van de beoogde korpschef van de regio Utrecht - dat is de heer Wiarda
thans korpschef van Utrecht - heeft het ministerie van Binnenlandse Zaken
ingestemd met een verbetering van het ontwerp voor de cellen teneinde ze
"humaner" te maken. Binnenlandse Zaken heeft daarvoor ook extra budget
beschikbaar gesteld. Overigens is in het kader van de beoogde efficiency de
arrestantenverzorging onderwerp van uitgebreide discussie in de regio en is
zeker niet uitgesloten dat op termijn een verdere concentratie in de regio
wordt nagestreefd. Met name is dan denkbaar een concentratie in Eemland Zuid.
Op basis van de thans voorhanden zijnde gegevens is mede vanwege de centrale
ligging het bureau Baarn bij uitstek geschikt om te fungeren als locatie voor
het operationeel centrum. Binnen het totaal-concept (doelmatigheid, effecti
viteit en samenhang van functies) behoort de arrestantenverzorging tot de
taken van de operationele ondersteuning en is primaire gebruikmaking van de
meest moderne cellen binnen de huisvestingslocatie van het operationeel
centrum voor de hand liggend. Voor de dagopvang wordt gebruik gemaakt van de
overige bureaus en ten aanzien van de langdurige inbewaringgestelden wordt