- 12 8 juli 1993 - 13 terecht e geven dat dat jn alleen de we er ds r dus an het we de met ijkheden graag aragraaf rste chans unnen r Van nou over ebben onds e oor het e kt oorzien n u eevalt dat u r krijg het an de oor is, die en. en dat ening. identele ing tot zodanig met de willen worden tegen te hebben gestemd. VOORZITTER: Gelet op de vrij lange duur die de agendapunten tot op heden hebben gekost en ik u bij de opening van de vergadering heb gezegd dat wij twee insprekers hebben, bij agendapunt 17 en bij agendapunt 18, stel ik u voor dat ik nu eerst die agendapunten naar voren haal 17. Voorstel tot vaststelling van de categorie-indeling van het beleid, niet behorend tot welzijn en de toetsing van deze activiteiten aan de hand van die indeling. VOORZITTER: Mevrouw Visser, u mag van het spreekrecht gebruik maken gedurende drie minuten. Mevrouw VISSER: Voorzitter, met stijgende verbazing heb ik het verslag van de commissie welzijn, volksgezondheid en huisvesting gelezen van woensdag 30 juni. Mijn verbazing betreft het besluit dat er toch bij de basiseducatie een B gehandhaafd blijft met de omschrijving: "voor hen die weinig kansen hebben gehad", alsmede de opmerkingen dat de indeling gebaseerd zou zijn op onze brief van 1 april, de opmerking kerntaken die de BE al of niet zou hebben, de zogenaamde eigenlijke en oneigenlijke taken en het gevoel dat Trema '87 bewust de discussie verwart. Over verwarring gesproken! In de brief van B&W de dato 5 maart jongstleden, vergezeld van begeleidende stukken, wordt gevraagd naar de wijze waarop de onderwerpen van ons werkterrein aan de politiek moeten worden gepresenteerd. Uit de begeleidende stukken blijkt dat de hele basiseducatie ondergebracht is onder de kop sociale vernieuwing, met een uitsplitsing in zessen. Op 1 april schrijf ik een uitgebreide reactie, op deze brief heb ik nooit antwoord gekregen, maar er is wel iets mee gedaan, want uit de WVC-brief met begeleidende stukken van 18 mei is de basiseducatie onder de kop sociale vernieuwing verdwenen. In de brief van 18 mei wordt gevraagd of Trema '87 schriftelijk en/of mondeling wil reageren op de indeling die gemaakt is. Inmiddels is er niet meer uitgegaan van zes onderverdelingen, maar van drie. Ik herhaal nogmaals wat ik ook in mijn antwoord van 27 mei heb geschreven, dat er noch met de afdeling onderwijs, noch met mij enig overleg is geweest. Ik ben trouwens ook nog naar de hoorzitting op 9 juni gegaan met de vraag of mijn brief nog enige toelichting behoefdeDat bleek niet nodig en ik vermeld nog maar even dat ik de enige ben geweest die de moeite had genomen naar de hoorzitting te komen. Ik vraag mij in gemoede af wat ik in de daadwerkelijke uitvoering van de basiseducatie met een onderverdeling "voor hen die weinig kansen hebben gehad" aan moet. Zo staat het in de stukken die ik heb gekregen. In de stukken waar de vergadering van 3 0 juni over ging, daar stond "Nederlanders die weinig kansen hebben gehad", maar dat was mij niet bekend. Nieuw feit. De basiseducatie, eerst vallend onder de rijksregeling basis educatie, en nu onder de kaderwet volwasseneneducatie VOORZITTER: Wilt u afronden? Uw drie minuten zijn voorbij Mevrouw VISSER: Vijf minuten, toch? VOORZITTER: Drie minuten. Mevrouw VISSER: Nou, het is nog één kantje, ik bedoel, dan gaat mijn hele betoog verloren. VOORZITTER: Het spijt me zeer, maar het spreekrecht geeft duidelijk aan dat er drie minuten spreekrecht is. Ik heb u ook gezegd toen ik u uitnodigde om naar voren te komen, dat u drie minuten zou krijgen. Mevrouw VISSER: Dat heb ik niet gehoord en ik dacht dat het vijf minuten was. Het enige wat mij dan rest is aan de raad te vragen of u alstublieft de A- tjes wilt plaatsen bij de basiseducatie. VOORZITTER: Dan is nu het woord aan de raad. het woord verlenen? Wie mag ik bij dit agendapunt

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1993 | | pagina 146