13 oktober 1993
- 34
Mevrouw BLOMMERS (WD)Wij vinden dat de motie dan maar opnieuw moet worden
ingediend.
VOORZITTER: Dan verwerpt u het aanhoudingsvoorstelDan ga ik de motie in
stemming brengen. CDA: 8 stemmen tegen. WD: 6 stemmen tegen. GGS3 stemmen
tegen. PvdA: 3 stemmen voor. D66: 3 stemmen tegen. PS: 2 stemmen tegen.
GPV/SGP/RPF: 1 stem tegen. Dan is deze motie met 3 stemmen voor en 23 stemmen
tegen verworpen.
Aan de orde is motie nummer 20 van CDA, D66, PS en PvdA betreffende de CAO
welzijn Dorpshuis.
Motie nummer 20.
De raad van de gemeente Soest, in vergadering bijeen in oktober 1993,
gelezen de beleidsbegroting 1994 en meerjarenbegroting 1994 t/m 199 7;
overwegende
dat het personeel, werkzaam in het Dorpshuis Soesterberg, nog niet
volgens de CAO welzijn wordt gehonoreerd;
dat het college en de gemeenteraad voor 1994 en verdere jaren een
sluitende begroting wensen te presenteren;
dat een geringe verhoging van enkele guldens OZB maatschappelijk
aanvaardbaar is;
besluit
het personeel in het Dorpshuis Soesterberg conform de CAO welzijn te
honoreren ter hoogte van circa 15.000,= per jaar;
dat de dekking komt uit een geringe verhoging van de OZB om een en
ander financieel mogelijk te maken;
en gaat over tot de orde van de dag.
Namens de fracties CDA: B. Krol, DG6: L. Jansen, PS: L. Tomassen en
PvdA: C. Boerkoel.
VOORZITTER: Het college stelt voor deze motie over te nemen. Kan de raad
daarmee instemmen? Dat is raadbreed akkoord.
Motie nummer 21 van CDA, D66, PS en PvdA, tweede controleur woonomgeving.
Motie nummer 21.
De raad van Soest, in vergadering bijeen op 13 oktober 1993,
overwegende
dat een veilige woonomgeving een bestaansvoorwaarde is voor onze
samenleving
dat gerechtigheid inhoudt, dat de overheid zich inzet voor een
samenleving waarin recht en veiligheid heersen;
dat geloofwaardige handhaving van de rechtsorde een eerste kerntaak
is van de gemeente;
dat, gelet op bovenstaande aannames de gemeente verplicht is al het
mogelijke te doen om niet alleen de veiligheid, maar ook het gevoel
van veiligheid bij de burger te vergroten;
dat de huidige controleur woonomgeving belast is met een breed taak
veld, gericht op preventie en bestrijding van overlast in de wijken;
dat er in de rapportage met betrekking tot milieu en bestuurlijke
preventie is aangetoond dat de controleur woonomgeving uitstekend
werk verricht;
besluit
voor een tweede controleur woonomgeving 19.750,= in 1994 en voor
de volgende jaren 21.750,= ter beschikking te stellen;
dat de dekking komt uit een geringe verhoging van de OZB;
en gaat over tot de orde van de dag.
Namens de fracties CDA: J.P.J. Lokker, D66: L. Jansen, PSL. Tomassen
en PvdA: C. Boerkoel.
VOORZITTER: Het college zal zich tegen aanvaarding niet verzetten. CDA: 8
stemmen voor. WD: 6 stemmen tegen. GGS?
Heer WITTE (GGS)Voorzitter, wij zijn voor de strekking van de motie, de
aanstelling van een tweede controleur woonomgeving, maar dit zou naar onze
mening moeten komen uit een verschuiving in het beleid, tussen het beleid van
de afdeling milieu en de handhaving. Wat dat betreft zijn we tegen de motie.