18 maart 1993
wethouder Menne op vragen uit het publiek over de verkeerssituatie weten dat
dit aspect niet aan de orde is. Het is hem blijkbaar ontgaan dat zijn collega
Swinkels al een aantal jaren te maken heeft met wisselende wijkbewoners die
haar bijna verrot schelden over de verkeerssituatie in Soest. De burger kan
dan als gisteravond niet anders doen dan in lachen of in huilen uitbarsten.
Voorzitter, als ik er een dagje voor ga zitten, heb ik zo een lijst met
voorvallen die op hetzelfde niveau liggen, waar collegeleden publiekelijk
zonneklaar maken dat ze niet weten waarmee hun collega's bezig zijn. Ik denk
dat dat een hele slechte zaak isIk denk dat het college op dit moment echt
helemaal fout bezig is en dat de raad het ook voor zijn kiezen krijgt. Want
de afstand tussen de burger en de politiek wordt op de manier zoals het nu
bedreven wordt, alleen maar hoe langer hoe groter.
Mevrouw TOMASSEN (PS)Voorzitter, wat het Soester Natuurbad betreft en de
appartementen van de heer Taphoorn, deel ik de zorgen van de heer Witte. Wij
hebben die zorg jaren geleden al uitgesproken, want het is volgens ons niet
controleerbaar of mensen permanent wonen of daar een weekend zijn.
Wat betreft Albert Heijn zult u begrijpen dat ik de zorg van de heer Witte
ook deel. Wij hebben daar ook een ander standpunt over.
Wat het zorgcentrum aan de Dalweg betreft wil ik de vraag van de heer Witte
ondersteunen om deze zaak in de commissie ruimtelijke ordening aan de orde te
stellen. Ook Progressief Soest heeft zijn stem voorbehouden omdat wij ons in
verwarring gebracht voelden door de manier waarop de voorstellen zijn
gepresenteerd in welzijn. Het was te weinig onderbouwd, het was te vaag. Wij
voelden ons ook overvallen en om die reden hebben wij onze stem voorbehouden.
Ook ondersteunen wij een audio-visuele presentatie van de plannen. Ik denk
dat we echt met iets heel belangrijks bezig zijn, wat de nodige aandacht
vereist
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Voorzitter, één punt wil ik heel duidelijk
ondersteunen. Andere zaken denk ik dat ze inderdaad beter op een ander moment
aan de orde kunnen komen. De zaak van het zorgcentrum, dat we die alsnog in
een vergadering van ruimtelijke ordening zullen moeten behandelen, daar sta
ik geheel achter. Wat mij betreft hoeft het niet per se een audio-visuele
ondersteuning te hebben, maar een visuele ondersteuning heb ik expliciet
gevraagd en is wat gemakzuchtig afgedaan in de commissie welzijn. Die wens ik
nog steeds, want we praten over buitengewoon belangrijke plannen. Toen we
hier een gemeentehuis gingen bouwen vonden we het ook erg belangrijk dat we
inzicht hadden hoe het visueel zou worden. We hebben daar een maquette van
gehad. Als we nu dit centrum van Soest verder vol gaan bouwen zonder goede
beeldvorming, dan vind ik dat buitengewoon jammer.
Heer JANSEN (D66)Voorzitter, met die laatste opmerking ben ik het ook eens.
Ook mijn fractie is gebleken dat we toch enigszins overvallen waren door de
precieze inhoud van de agenda, dat niet goed was onderkend dat dat een
integraal voorstel was als zodanig, inclusief de ruimtelijke ordenings
aspecten. Het is inderdaad een heel belangrijk iets wat we beslissen en ik
denk dat het inderdaad zinvol is om die kant toch wat zorgvuldiger te
bekijken
Heer VERHBUS (CDA)Mijnheer de voorzitter, wat de heer Meilof naar voren
brengt, wil ik graag ondersteunen. Ik denk dat het de zaak alleen maar ten
goede kan komen
Dan nog een opmerking over de vraagstelling, de beantwoording daarvan en de
reactie daarop. U hebt in het begin gezegd: ik denk dat we op deze manier
verkeerd met elkaar bezig zijn. Kijk, als we een vragenhalfuurtje hebben en
de vragen zijn gesteld door welke fractie ook, dan zijn ze zodanig duidelijk,
mag ik aannemen, dat iemand die lezen kan ze ook begrijpt. Als daarna, na het
antwoord van het college -dat overigens aan duidelijkheid ook weinig of niets
te wensen overliet- nog weer eens uitvoerig niet alleen op de vragen, maar
ook op alle randverschijnselen wordt ingegaan, dan denk ik dat we dan
inderdaad verkeerd met elkaar bezig zijn. Dat wilde ik graag even kwijt.
Heer WITTE (GGS)Die randverschijnselen beginnen langzamerhand de kern van
de zaak te vormen.