17 november 1994
- 10 -
het gewest heeft toegelicht op 19 september, is een beetje duidelijk wat de
beweegredenen zijn geweest van het college van G.S. In de gewestraad van
21 september is de besluitvorming over dat grote gewest aangehouden, omdat
de meeste gemeente niet wensten te besluiten op basis van mondelinge
informatie. Toen was ook al duidelijk dat drie gemeenten bezwaren hadden
tegen de gevolgde procedure. Vandaag nemen wij als een van die drie
gemeenten -de andere twee zijn Baarn en Eemnes- een besluit. De WD-fractie
steunt uw voorstel tot het aanhangig maken van een geschil. Wij betreuren
dat hierdoor een schisma in het gewest dreigt, maar wij willen er wel op
wijzen dat dit mede wordt veroorzaakt door de ommezwaai die het gewest-
bestuur deze zomer heeft gemaakt. We zijn fractie beslist niet tegen
gewestelijke samenwerking, maar wensen dit alleen te doen als wij de
verantwoordelijkheid voor de gewestelijke werkzaamheden kunnen blijven
dragen. Nogmaals, we gaan dus akkoord met uw voorstel.
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Voorzitter, slechts een korte opmerking. Ik
steun volledig uw voorstel. Het argument dat u gebruikt op pagina 2, dat er
een bedreiging zit in het gegeven, het feit dat we groeien naar een vierde
bestuurslaag, daar ben ik het eigenlijk helemaal niet mee eens, maar ik
vind het goed dat u het noemt, alleen maar om tactische redenen. Kennelijk
wordt het ministerieel zo aangevoeld en omdat men daar gevoelig voor is, is
het goed om het te noemen. Op zichzelf is het feit dat wij deze bestuurs
laag op deze wijze creëren juist een handeling waarmee we de vierde
bestuurslaag kunnen voorkomen. Op het moment dat je een gewest creëert dat
dusdanig zwak in zijn voegen zit en dusdanig onlogisch van samenstelling
is, van samenhang is, is het vanzelfsprekend dat de kracht van dit gewest
dusdanig zwak zal zijn dat het nooit een werkelijke vierde bestuurslaag zal
worden met enige machtspositie. Dus op zichzelf is dat risico zeer gering.
Maar ik ben het volledig met uw voorstel eens en met de tactische redenen.
Heer KROL (CDA): Voorzitter, we steunen natuurlijk het voorstel zoals u dat
nu aan ons doet, omdat we daar zelf om hebben gevraagd. Ik ben het niet
helemaal eens met de woorden van de heer Meilof en dat is ook de reden
waarom ik er even op zou willen reageren, ik denk dat we de afgelopen jaren
juist hebben gezien dat het gewest zoals het nu bestaat, toch langzamerhand
de neiging heeft om tot een vierde bestuurslaag uit te groeien en een
groter gewest niet per definitie zodanig zwak zal zijn als u hoopt dat het
daardoor geen vierde bestuurslaagrisico in zich houdt. Ik ben eigenlijk
bang -en dat is de reden waarom wij het voorstel steunen- dat het grotere
gewest uiteindelijk toch een aantal bevoegdheden naar zich toe zal trekken
en dat dat risico steeds groter wordt. Het zal een hele toer worden om dit
duidelijk te maken en ik ben heel benieuwd hoe het verder afloopt. Ik ben
blij dat u het op deze manier aan ons voorlegt, zoals we u ook gevraagd
hebben.
Heer JANSEN (D66)Voorzitter, ik wil graag beamen wat de heer Krol net
zegt. Als je kijkt naar de uitgangspunten die het gewest nu opstelt om
eventueel samen te gaan tot «Eem en Vallei» dan garandeert dat absoluut
niet dat je niet terecht kunt komen in een organisatie die een vierde
bestuurslaag in feite mogelijk maakt. Ik denk daarom dat het erg goed is
dat u dit voorstel geschreven hebt zoals het geschreven is. Ik ben daar
blij mee, ook met de verdere vragen die gericht zijn aan de provincie.
Heer BOERKOEL (PvdA): Mijnheer de voorzitter, in eerdere instanties hebben
we gezegd dat we tegen een zo groot gewest zijn. Dus alles wat kan
bewerkstelligen dat dat tegengehouden wordt, zullen we steunen. Ook hierin
zullen wij u steunen.
Heer VAN WUIJCKHUIJSE GGSWij steunen uw voorstel.
VOORZITTER: Andere leden van de raad? Niemand. Als ik dan mag reageren? Ik
denk dat ik heel kort kan zijn. Ik constateer dat het collegevoorstel
raadbreed gedragen wordt. Het sluit ook aan zoals u dat eerder in a.b.z.
hebt verwoord, wij hebben dat voor u op papier gezet.
Wel kan ik u nog meedelen dat wij vandaag telefoon hebben gekregen van het
ministerie van binnenlandse zaken. Het is nog slechts telefonisch, er komt
nog een schriftelijke uitnodiging, maar wij worden op 15 december a.s.