17 maart 1994
- 11 -
De heer Meilof zegt terecht dat we toch wat 't Eekhoornnest betreft aan de
grens zijn van wat daar toegestaan kan worden.
Ik heb ook begrepen dat met de heer Meilof een aantal raadsleden niet zijn
voor het inpassen van Westemeijer, maar ik heb geconstateerd -mijnheer
Westemeijer, gefeliciteerd- dat de meerderheid van de raad toch Westemeijer
wil laten zitten op de plek waar hij nu zit. Ik hoop dat hij er daar iets
moois van maakt.
Dan heb ik denk ik ook de heer Jansen al beantwoord, omdat hij twee dingen
noemde die ik al genoemd heb.
De opmerkingen van mevrouw Tomassen, moet ik constateren dat de dingen waar
zij op tegen is -er mag geen mais in de polder, zij wil helemaal Van Helden
niet zijn zin geven, ook de Stoeterij wil zij niet uitbreiden en ze is tegen
de 8% naar 10% van defensie- door de overige raadsleden niet gesteund worden.
Voorzitter, ik ben in een nutshell alle dingen langs gegaan. U hebt het
misschien beter bijgehouden dan ik, ik weet niet of het zin heeft om nu alles
nog een keer in stemming te brengen. Ik zou u willen voorstellen om het maar
zo af te ronden. Dan dank ik de raad voor zijn lovende woorden.
VOORZITTER: De raad mag nog in tweede termijn spreken.
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF): Voorzitter, ik heb één informatieve vraag. Ik heb
iets anders gelezen dan er nu door de heer Visser geïnterpreteerd wordt, in
uw brief waarin u de raadsvoorstellen toelicht. Bij nummer 4, Stal van Helden
zegt u: stellen wij u voor de voorgestelde regeling ongewijzigd in het
bestemmingsplan op te nemen." Ik had dat begrepen in die zin, dat uw eerdere
voorstel ongewijzigd werd opgenomen en dat wij tegen elkaar zeggen verderop:
maar we willen toch de ruimte laten voor een artikel 19 procedure in de
toekomst, oftewel we staan open voor voorstellen in de toekomst. Terwijl u
net suggereerde alsof dit al de mogelijkheid van een kleine uitbreiding
geeft
Wethouder VISSER: U hebt gelijk. Wat u eerst zei, dat bedoel ik.
VOORZITTER: Is er nog behoefte aan een tweede termijn? Niet. Mag ik dan, om
herhaling te voorkomen, constateren dat de besluitvorming plaatsvindt
overeenkomstig zoals de wethouder gereageerd heeft en met vermelding van de
nummers van de diverse bezwaarschriften? Dan is aldus besloten. Hiermee is,
rekening houdend met de wijzigingen die zijn aangebracht, het bestemmingsplan
Landelijk Gebied 1994 vastgesteld door de raad.
Het voorstel (RV 94-37) wordt zonder hoofdelijke stemming, met inachtneming
van de gemaakte opmerkingen en de wijzigingen die zijn aangebracht door de
raad, vastgesteld.
6. Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor het perceel
Amersfoortsestraat 79a.
Heer WITTE (GGS)Voorzitter, evenals in de commissie willen wij hier zeggen
dat wij het een onverstandig besluit vinden en dat wij tegen stemmen.
Mevrouw STEKELENBURG (PvdA)Daar sluit ik mij bij aan, voorzitter.
VOORZITTER: Iemand anders nog? Mag ik dan constateren dat de raad kan
instemmen, met de aantekening dat de fracties van Gemeentebelangen Groen
Soest en Partij van de Arbeid tegen zijn? Dan is aldus besloten.
Het voorstel (RV 94-31) wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen, met de
aantekening dat de fracties van Gemeentebelangen Groen Soest en Partij van de
Arbeid geacht willen worden tegen te hebben gestemd.
7. Voorstel inzake de procedure ex artikel 19 WRO, artikel 50 lid 6 WW en
artikel 76a Wgh ten behoeve van nieuwbouwplannen voor de Lindenhof.
Heer WITTE (GGS)Voorzitter, wij hebben op 13 maart, mede namens de fractie
van de WD, laten weten dat wij een beroep doen op een artikel dat we bij de
beleidsbesprekingen in 1990 met elkaar hebben vastgelegd. Dat artikel ging