16 oktober 1995
- 7 -
algemene beschouwingen wel hebben gelezen. Ik zal kort resumerend de drie
pijnpunten voor onze fractie nog voor het voetlicht brengen.
Zoals in onze inleiding bij de algemene beschouwing zijn wij verre van
ontevreden over het financieel beleid dat de gemeente voert. We denken dat
we een uitermate gezonde financiële huishouding hebben en dat is, welke
politieke voorkeuren je ook hebt, altijd een groot ding, want dat betekent
dat je beleid kunt voeren en de burgers van Soest niet verder hoeft te
belasten met tariefsverhogingen in de onroerend-zaakbelasting
Dan de pijnpunten. Verkeer. Wij constateren, ook in de stukken van andere
fracties voor deze algemene beschouwingen, dat er eigenlijk geen draagvlak
is voor welk plan voor rondwegen ook. Niet een lusje van de WD, niet een
noordelijke hoofdroute van het CDA, voor geen van beide is op dit moment
een meerderheid in deze gemeenteraad te vinden. We hebben gelezen dat de
PvdA datzelfde ook heeft geconstateerd en stelt dat moeilijk tot meerder
heden zal zijn te komen. En als dat niet kan, dan stellen zij voor om alle
plannen maar in de la te stoppen en maar over te gaan tot de orde van de
dag met de infrastructuur die we hebben. Wij zouden vanavond dan ook een
pleidooi willen houden om dat dan ook maar te doen, want het is voor ons
duidelijk dat noch voor het een noch voor het ander een meerderheid te
vinden is. Dat is een groot ding. Ik denk dat we aan de andere kant kunnen
constateren dat een meerderheid van deze raad van mening is dat de route
Koningsweg, Ossendamweg, Vondellaan wel verbeterd zal moeten worden. Ik
denk dan ook dat we daar niet al teveel meer over heen en weer moeten
praten. Het is duidelijk voor ons: de verkeersplannen die er tot nu toe
lagen van tafel af en gewoon de Ossendamweg aanpakken. Voor de rest ook in
de woonwijken, zoals een heleboel fracties zeggen, het autoverkeer er
zoveel mogelijk uithalen en dat betekent dat ook de plannen van eenrich
tingsverkeer in Soestdijk niet behoren door te gaan.
Dan wat betreft de ruimtelijke ordening. Naar ons eigen gevoel hebben we
daar gigantisch op uitgepakt in hele negatieve zin over het beleid van de
gemeente Soest. Wij houden dat hier staande. We vinden dat, zolang wij hier
in deze gemeenteraad zitten, ook in de vorige periode, het op het gebied
van ruimtelijk ordening huilen met de pet op is. Plannen worden gemaakt,
voordat het ooit in procedure komt wordt er alweer besloten tot andere
plannen over te gaan. Zo gaat dat maar door, met als gevolg dat er allerlei
artikel 19 procedures gevoerd moeten worden in hele essentiële gebieden van
Soest -we noemen daarbij Soest-zuid, de Van Weedestraat- waardoor het
gewoon één grote pan wordt. We zien absoluut geen enkele vooruitgang. We
zijn van mening dat de commissie r.o. in een veel eerder stadium van de
ontwikkeling van de bestemmingsplannen betrokken moet worden bij het plan
van aanpak waarbij de ins en outs worden besproken en waaraan het bestem
mingsplan heeft te voldoen. Wij constateren dat dat alleen in de vorige
periode is gebeurd bij het bestemmingsplan Landelijk Gebied en we constate
ren tegelijkertijd dat dat ook het enige bestemmingsplan van de laatste
vijf jaar is dat op een fatsoenlijke manier tot stand is gekomen en waarvan
we nu nog allemaal kunnen zeggen dat het een goed bestemmingsplan is.
Wat betreft de volkshuisvesting hoor ik de heer Boerkoel weer net zo
creatief als de heer Van Logtenstein in de commissievergadering volkshuis
vesting enkele maanden geleden zeggen: geef mij nou maar toestemming om
leuke nieuwe plannetjes te gaan ontwikkelen voor de goedkopere woningen en
dan doen we dat wel even. Ik vind dat uitermate goedkoop en gigantisch in
tegenstelling tot de structuurvisie die twee of drie jaar geleden is
vastgesteld. In die structuurvisie is ook een heel duidelijk stuk opgenomen
over de volkshuisvesting. Daar is vijf miljoen gulden voor apart gezet
toentertijd om het mogelijk te maken dat we toch volkshuisvestelijk zouden
blijven bouwen. Ik vind het goed dat ik van meerdere fracties -en volgens
mij is dat ook een meerderheid in deze raad- heb gehoord dat men over
grondprijzen wil spreken zolang men in staat is om volkshuisvestelijk te
bouwen. Ik heb begrepen dat het dan gaat om woningen met een huur van zes
tot zevenhonderd gulden per maand en vervolgens als het om sociale koopwo
ningen gaat tot zo'n 200.000,=. Mijn fractie zou het liefste willen dat
we met elkaar hier bepalen dat we alleen nog voor deze categorieën bouwen
en dat alle bouwplannen die de komende tijd hier op tafel komen en waarvoor
we ambtenaren inschakelen om dat verder te ontwikkelen, plannen moeten zijn
die aan deze vereisten voldoen. Het is natuurlijk onzin om te gaan zeggen
dat we dat alleen maar kunnen op het moment dat we meer gaan bouwen. In de