18 oktober 1995 (begroting)
- 12 -
Boerkoel, dat wij in het afgelopen half jaar al tweemaal op diverse
momenten -bij de kerntakendiscussie en ook bij de Diftar-discussie-
uitvoerig hebben stilgestaan bij de grof-vuilinzameling en het al of niet
betalen daarvan. We zijn toen gezamenlijk tot de conclusie gekomen dat het
ongewenst was op dat moment. Dat is niet veranderd, dus ik moet zeggen dat
het college niet de intentie heeft om op dit moment tot betaling van het
ophalen van grof vuil over te gaan. Wij zien daar een aantal nadelen aan en
die zouden eventueel bij integrale invoering van Diftar wel kunnen worden
betrokken, want dan heb je het over een algemeen betaalsysteem. Laat ik
drie punten noemen die van belang zijn. Wij willen mensen -en dat kunnen
ook sociaal zwakkeren zijn- die weinig vervoermiddelen hebben, die nauwe
lijks naar de Schans kunnen komen met grof vuil, niet beletten en belemme
ren om daarvan af te komen. Dus we halen dat graag op zonder betaling. Op
de tweede plaats is het zo dat het onze administratie ten aanzien van
betalingen wel heel kwetsbaar maakt als wij chauffeurs of andere mensen
langs de weg moeten laten afrekenen per kilootje of per half kuubje en de
mensen zijn al of niet thuis. U kunt zich wel voorstellen wat daarbij
bedacht kan worden. Het zijn herhalingen van zetten. Wij hebben het
nogmaals overwogen en zien op dit moment geen reden om van het ingenomen
standpunt af te wijken.
Ten aanzien van uw inbreng van afgelopen maandag, waar ik u nog voor dank,
de informatie van Grootel, het bouwen van woningen met lage huren, dat
betrekken wij -zoals ook uw motie luidt, dat is motie nummer 15- bij de
volkshuisvestingsrapportage, die eind van dit jaar komt. Ik wil duidelijk
stellen, er zijn een aantal wegen die naar Rome leiden, er zullen ook
andere bouwers zijn, ook andere methodieken zijn. U hebt een intentie, een
richtinggevende intentie mee willen geven, zo vat ik het op en zo nemen wij
het ook over
Heer BOERKOEL (PvdA)Mijnheer de voorzitter, als ik een kleine aanvulling
mag geven? Het is geenszins onze bedoeling om met name een bepaalde
richting uit te geven. Wij hebben als voorbeeld, omdat het een project is
dat in Dordrecht gaat, die informatie opgevraagd en gezegd: gemeente, het
kan elders, graag zouden wij zien dat het in Soest ook zou kunnen. Vandaar,
zonder dat het per se aan namen gebonden isben ik ervan overtuigd dat
anderen het op dezelfde manier zouden moeten kunnen. Het gaat dus niet om
de naam, het gaat niet om de uitstraling van de woningen, het gaat om de
intentie dat we in Soest woningen zouden moeten kunnen bouwen met een huur
van 600,= en een verkoopprijs van 120.000,=
Wethouder VAN LOGTENSTEINWe hebben elkaar goed begrepen, mijnheer
Boerkoel, dank u wel.
Uw volgende vraag was ten aanzien van sport, mini-kluisjes sporthal
BeukendalHet antwoord is dat wij op sterke advisering van de Sportraad
toch willen overgaan tot het installeren van mini-kluisjes in Beukendal. U
zegt: waarom is het bij veldsportverenigingen zo dat we daar niet aan
bijdragen? Nou, daarvoor is denk ik een redelijk simpele verklaring. Bij
sporthallen is een universeel gebruik, daar kunnen wisselende gebruikers
zijn, daar is geen algemeen gericht toezicht. Bij een veldsport is dat over
het algemeen wel het geval, omdat daar eigen beheerders zijn. In een
sporthal kan het zelfs zijn dat er geen enkele beheerder aanwezig is en wij
achten dan ook in zo'n omstandigheid het installeren van mini-kluisjes een
goede zaak.
U hebt ook gevraagd, mijnheer Boerkoel, een specificatie ten aanzien van de
sportmaterialen. Ik wil u die zo dadelijk wel overhandigen, ik wil ze ook
wel even opnoemen. Hoge brug gymzaal Paulus Potterlaan, een stel stalen
ringenstel in de Paulus Potterlaan, beschermnetten handboogschieten
Bentinckfonds sportcomplex Dalweg en kast trainingsmaterialen van de
Turnclub Soest. Ik geef u dat lijstje, dan kunt u er nog eens naar kijken
en misschien dat u daar nog vragen over hebt op een ander moment.
De laatste vraag ten aanzien van sport. Er zijn diverse sportaccommodatie-
voorstellen die verband kunnen houden met de clustering. Dat is de cluste
ring die wij nu in overleg met de Sportraad gaan bespreken. Ik zeg u toe
dat wij natuurlijk oog zullen hebben voor investeringen om waar mogelijk
die te vermijden als ze kunnen leiden tot kapitaalverlies. Dat is een heel
logisch gegeven. Ik ben blij dat u het nog even hebt genoemd, maar wij