16 maart 1995 - 2 - VOORZITTER: Vandaag bereikte ons een brief, gericht aan de raad, van de Commissaris van de Koningin. De brief is gedateerd 13 maart, maar vandaag binnengekomen. Een kopie ligt op qw tafel. Vragenhalfuurtje. VOORZITTER: Er hebben ons geen vragen bereikt. Afwijzing van verzoek tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor een perceel aan de Dorresteinweg. Heer KRIJGER (WD): Mijnheer de voorzitter, wij hebben het idee dat het te nemen besluit -of liever het agendapunt, want of we ertoe besluiten is wat anders- nog best wat discussie zou kunnen oproepen binnen Soest en wel ook binnen deze raad. Waarom? Als we formeel kijken naar datgene wat u op papier hebt gezet, in de lijn van wat de raad steeds heeft gewild met betrekking tot bepaalde dingen en dan beperkt tot de vierkante meters waar het om draait, dan is het collegevoorstel correct. Echter, als je gaat kijken naar allerlei ontwikkelingen in de omgeving, als je gaat kijken naar plannen die wij gemaakt hebben, als je gaat kijken naar een stukje histo rie, nog maar enkele jaren terug, als je kijkt naar bijvoorbeeld een nota van uitgangspunten voor het gebied Dorresteinweg uit 1993, dan is er veel meer aan de hand dan alleen maar beoordelen of één situatie wel of niet kan worden geaccepteerd of moet worden afgewezen. Als je gaat kijken naar plannen in de omgeving, die allemaal te maken hebben met dat wij ideeën hebben om dat gebied open te houden, dan moet je ook zien en kunnen constateren dat op grond van overwegingen die in het belang zijn van meerdere partijen -waarbij de raad c.g. de gemeente niet de minste is- er op een gegeven moment een functie wordt gegeven aan een stukje gebied, een EO-functie of een AR-functie of wat dan ook. Dan mag daar gebouwd worden, dan mag er worden uitgebreid, mag daar een woning worden gebouwd, er mag een bedrijf worden gebouwd in verband met verplaatsing, kortom er mogen een aantal zaken wél gaan gebeuren. Als wij geen belangen zien onder de noemer «algemeen belang», dan mag iets net niet. Wat we eigenlijk zouden willen voorstellen, is dat het niet een bestem mingsplan moet worden, maar dat er gekeken gaat worden naar wat wel en niet acceptabel is voor het gebied Dorresteinweg, dat we gaan kijken welke ontwikkelingen wij binnen een bepaalde kavelgrootte acceptabel vinden en welke wij allemaal zullen afwijzen op grond van formele punten van: nou, dat gaat ons te ver. In de commissie is ook al aangegeven: bekijk het nog eens. Wat wij konden verwachten hebt u gedaan: u bekijkt het op de punten volgens de letter en zegt: nee, het kan niet. Wij beklemtonen dat wij vinden, met alles wat daar gebeurt, zeker met de actuele ontwikkelingen in de omgeving -op een steenworp afstand wordt nogal wat gebouwd- dat wij vanavond niet beslissen om het verzoek af te wijzen, maar ons gaan oriënte ren op datgene wat we wel en wat we niet acceptabel vinden voor het gebied Dorresteinweg en daarbij ook betrekken de discussie die wij hebben gevoerd voor bijvoorbeeld een bestemmingsplan op een steenworp afstand, de Boeren- streek. Dat heeft ook consequenties -dat weten we- met betrekking tot procedures die al lopen, het heeft ook consequenties voor procedures die vanavond bij agendapunt 12 aan de orde komen. Maar ik denk dat het goed is, om te vermijden dat we in allerlei procedures terecht komen, omdat steeds weer een afweging wordt gemaakt van: is dit nu wel of niet mogelijk, wat is het belang, willen we het wel of willen we het niet? Eigenlijk zeggen we: laten we eens goed gaan kijken wat dat gebied voor ons de komende jaren kan gaan betekenen, wat er wel of niet mag worden gebouwd. Ons voorstel is dus: terugnemen en bekijken wat wij voor randvoorwaarden kunnen stellen om daar dingen wel of niet mogelijk te maken. Heer JOUSTRA (BAM): Voorzitter, ik sluit mij wat dat betreft van harte bij collega Krijger aan. Dan heeft u gelijk het standpunt van mijn fractie. Ik wil er graag nog iets aan toevoegen. Als je de reactie op de adviezen leest ten aanzien van dit stuk en je ontdoet het van data, dan zeg je: u hebt helemaal gelijk. Maar als je de data gaat invullen en je praat over 1982, dan zeg ik: hoe is het in vredesnaam mogelijk -als ik begin met de eerste zin- dat alles illegaal is gebouwd -dan het jaartal 1982 noem- en u dat dan

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1995 | | pagina 41