25 april 1996 - 46 25 apr motie. De heer Glastra is voor. VOORZITTER: Dan is het dus toch ja/nee. De motie is verworpen. Dan motie nummer 4 van D66. Daar is geen meerderheid voor en die is dus verworpen Dan nu het raadsvoorstel zelf. Rekening houdend met het aangenomen amende ment en de aantekening van de CDA-fractie ten aanzien van artikel 19, is aldus besloten. Het door PvdA, CDA en WD geamendeerde voorstel (RV 96-34) wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen, met de kanttekening dat de CDA-fractie geacht wil worden tegen punt 3.2 van onderdeel 1. «Woningproduktie/fase- ring/locaties» van het voorstel te hebben gestemd. 12. Wettelijke verantwoording uitvoering milieutaken. Mevrouw SWINKELS (D66)Voorzitter, we hebben pas heel laat het verslag van de inspecteur gekregen en daarin worden een paar zaken aangeroerd. Dat is bij het milieuvriendelijk bouwen, duurzaam bouwen, daar liggen we iets achter. En bij de energiebesparing maakt de inspecteur ook nog een opmer king. Ik zou beide punten heel sterk in uw aandacht willen aanbevelen. Ook de milieuzorgsystemen, waarvan de inspecteur constateert dat die in september 1996 toch aanwezig moeten zijn. Er is nog iets, voorzitter, dat mij toch in het kader van deze milieunoti tie en het volgende raadsvoorstel, nog even van het hart moet. Meestal, als het over milieu gaat, denkt men dat gelden die je voor het milieu uittrekt, ten koste gaan van de economie. Het eerste wat de meeste mensen in Neder land roepen is: ja, maar de economie en zet dat milieu maar op een zacht pitje. Ik moet u erop wijzen dat daar vorige week zaterdag een heel interessant symposium over is geweest, georganiseerd door de gezamenlijke milieufederatie en alle milieu-instellingen in de provincie Utrecht. Daarin zijn duidelijk vanuit het instituut Nijenrode en ook vanuit de milieupro fessoren Van Dieren en Reijnders deze ideeën ontkracht zijn. Het bestuur van de gemeente Soest was er niet. Amersfoort was er wel. U zult zeggen: we zitten in het gewest, we horen het dan wel, maar ik vind dat toch te weinig. Amersfoort was er en Leusden was er, Baarn was er, Hoevelaken was er, iedereen had óf een wethouder óf de burgemeester óf een hogere ambte naar afgevaardigd. Van Soest was er helaas niemand, tenzij u mij als een afvaardiging wilt zien, maar dat kan ik me nauwelijks voorstellen. Ik heb in ieder geval daar een aantal zaken van opgestoken die ik belangrijk acht, ook voor de meningsvorming in Soest wat het milieu betreftIk zou u willen verzoeken om op dit terrein milieu en economie, de gemeenteraad heel goed op de hoogte te houden en ons ook de resultaten van dat symposium te zijner tijd te laten zien en ter inzage te leggen. Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Voorzitter, dan kun je zien wat gewestwerking doetAlle andere gemeenten gaan en wij kunnen rustig andere activiteiten doen. We hadden sportactiviteiten, dat weet u. Ook heel nuttig en het was ook een unieke gelegenheid waar wij zeker vertegenwoordigd moesten zijn.' Ik wil u met terugwerkende kracht nog steeds als onze vertegenwoordiger benoemen, dus dat komt goed uit. Ik zal zorgen dat we de informatie die daar besproken is -ik neem aan dat het informatie is die ook voor Soest relevant is- toch krijgen en dat we daar wat mee gaan doen. VOORZITTERMag ik aannemen dat de raad met het voorstel kan instemmen? Dan is aldus besloten. Het voorstel (RV 96-28) wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 13. Evaluatie milieubeleidsplan. Het voorstel (RV 96-29) wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Heer W het ge Heer V bezwar kend fc daar e trouwe apart vrager Heer F VOORZ] met de Links/ Het vc de aai wordei Groen hebbei 15. Noodw< Heer initii al aai het ki gewee; kunnei nadeli Mevro' de or dat m initi met h hopen menin hier Mevro van d Mevro Het a 14. Voorbereidingsbesluit voor het gebied Soestdi jk/Buitenbrink, een perceel aan de Eemweg en het perceel Ir. Menkolaan 1.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1996 | | pagina 121