20 juni 1996
- 3 -
Soest aangeeft, gaat het hier om één van de brieven in het kader van het
vooroverleg dat gebruikelijk is in het kader van een bestemmingsplanproce
dure. Nu is het zo dat volgens het werkplan ruimtelijke ordening 1996, om
precies te zijn op bladzijde 4, zal het ontwerp-bestemmingsplan Soestdijk
voor 1 november 1996 om advies naar de PPC, de provinciale planologische
commissie worden gestuurd. Daaraan voorafgaand zullen wij commentaar
leveren op alle reacties die wij hebben ontvangen in het kader van inspraak
en overleg. Er worden namelijk een groot aantal instellingen, ministeries
en andere organisaties, zoals de Kamer van Koophandel, om reacties gevraagd
op het ontwerp-bestemmingsplan. Gebruikelijk is dat we de reacties,
commentaren en het daarop aangepaste ontwerp-bestemmingsplan ter informatie
van de raadscommissie in de leeskamer leggen. Wij verwachten deze informa
tie aan u in oktober te kunnen geven. Dat is tevens dan de reden waarom een
en ander nog niet in het college behandeld is, omdat alle reacties in één
keer gebundeld naar het college gaan en die neemt daar dan zijn standpunt
over in. Dat gaat dan vervolgens naar de PPC.
Heer WITTE (GGS)Voorzitter, ik vind dit toch een uitermate teleurstellend
antwoord. Waar komt de reactie van de wethouder op neer? We gaan in oktober
dan wel weer verder kijken en dan informeren wij u als raadscommissie wel
over hoe de stand van zaken dan is. Hij gaat ook helemaal niet inhoudelijk
in op de vragen die er liggen, terwijl dat natuurlijk geen kinderachtige
vragen zijn. Als je de hoofdlijn bekijkt van de reactie van de provincie,
de afdeling Dienst, Ruimte en Groen, die we toch -in ieder geval mijn
fractie- als een deskundige organisatie zien, dan wordt er gewoon ronduit
gezegd: dit plan is onsamenhangend, aan alle kanten. U komt met plannen
aanzetten die al eerder door de rechter zijn afgewezen. U wilt toch weer
een plan Lindenhof mogelijk maken terwijl een raadsmeerderheid hier heeft
gezegd: daar willen we vanaf. De provincie begrijpt daar niets van, nou,
wij ook niet. U gaat daar gewoon langs heen. In feite vraagt u aan organi
saties -en daar maken we, denk ik, Soest weer een beetje te schande mee-
van: geeft u eens een visie op een ontwerp-bestemmingsplan waarvan de
deskundigen zeggen: daar zit geen samenhang in. Het is een heel cruciaal
deel van Soest en niet alle fracties in deze raad vinden daar hetzelfde,
wat daar moet gebeuren, maar ik denk dat wel alle fracties vinden dat als
er dan wat gebeurt dat het samenhangend moet zijn. Als ik bijvoorbeeld kijk
naar de expositie van de herinrichting Van Weedestraat, maar tegelijkertijd
ook wel eens hier en daar lees dat er nog sprake is eventueel van parkeer
terreinen op het Nassauplantsoen en als ik dan zie dat zo'n sportzaak daar
een vergunning krijgt om ook wat te doen, dan lijkt dat toch allemaal
nergens op. Als we naar die expositie kijken, dan zult u zien dat op dat
kruispunt we gewoon nieuwe steentjes gaan aanleggen, terwijl wat er nodig
is Het is niet de eerste keer en ook niet dat Gemeentebelangen Groen
Soest zo slim is dat ze dat bedacht hebben, er zijn stedebouwkundigen in
het verleden hier in huis geweest -en niet de eerste de beste, maar bureau
Zandvoort- die al eerder hebben gezegd: als je daar wat van wilt maken, dan
zul je op dat kruispunt wezenlijk moeten ingrijpen, dan zul je daar een
samenhangende visie voor moeten ontwikkelen, zodat het iets wordt. Wij zien
alleen maar dat het ene na het andere ad hoe plannetje wordt ingediend en
dat moet het dan zo meteen gaan worden. Dat bankgebouwtje mag dan wel
veranderd worden, ja, zo meteen valt alles wel -hopen we- in het potje en
dan lijkt het nog ergens op. Wij vrezen dat het op die manier nooit ergens
op gaat lijken.
Wat we ook vreemd vinden is dat, terwijl er in 1994 nog sprake was van
lagere bouwhoogten en lagere aantallen woningen, terwijl er nog geen
plannen zijn voor Braamhage, enzovoorts, u in het bestemmingsplan dan al
zulke randvoorwaarden gaat stellen dat daar zoveel kanten mee kan worden
opgegaan. Wat dat betreft zijn de vragen over samenhang tussen voorschrif
ten en toelichting natuurlijk van wezenlijk belang. Dat heeft mij ook
verbaasd toen ik dit ontwerp-bestemmingsplan las. In de voorschriften staat
het één en in de toelichting staat weer iets anders. Wat is nu waar? Wat
gaat er gebeuren? Onze vrees is dat uiteindelijk gaat gebeuren wat het
meest mogelijk maakt. Ik denk dat wij als gemeenteraad moeten vaststellen
wat de randvoorwaarden zijn, wat we daar precies willen, zeker op een
moment dat we nog moeten onderhandelen met allerlei partijen. Ik vind het
ook heel teleurstellend dat de Lindenhof qua bouwvolume enzovoorts gewoon