18 - 25 april 1996 - 19 - '13 it slijk sge net en at al aten ort eel n ook obale .t :e :ening ïeer s die 3at ik jnheer alver- men- aject een en om et isities i deel :omt de aan de t een zal .lega j gang. Partij van de Arbeid en BAM betreuren de 20.000,= die genoemd is bij de persoonlijke bescherming en kleding bij de brandweer, de uitrusting. In feite heeft de heer Krijger het antwoord gegeven, er is een doorlichting en efficiency-onderzoek geweest dit najaar, dat is ook in de commissie a.b.z. geweest. Het is gewoon de normale lijn die we voor alle afdeling gevolgd hebben en het lijkt mij zeer wel haalbaar. Mocht dat niet zo zijn, mochten de brandweerlieden hierdoor in gevaar dreigen te komen, dan zal ik niet schromen om dat via het college bij u te melden en te vragen maatregelen te treffen. Maar dit acht ik wel degelijk haalbaar. Dan wat betreft het schoolzwemmen, daar is door de heer Visser en de heer Joustra over gesproken. Ik denk dat het een onderwerp is dat over enige tijd pas speelt, dat hebt u zelf ook gezegd, het jaar 2001. Ik denk dat we er nu niet verder over moeten uitwijden, misschien dat het een onderwerp is dat in de rekencommissie als eerste eens een keer goed van het begin tot het eind kan worden doorgesproken. Heer ROEST (D66)Voorzitter, eerst een opmerking naar aanleiding van het antwoord van mevrouw Blommers. Ik denk dat we toch over een verschillende groep spreken. Toegankelijkheid, heb ik in de commissievergadering gezegd, is voor mij aan de orde wat betreft ouderen en jongere kinderen. Kinderen naar het Griftland en naar het Baarns Lyceum die kunnen inderdaad heel erg ver fietsen, maar als u langs een lagere school kunt, dan kunt u zien wat ouders met hun kinderen doen, zij brengen de kinderen allemaal naar school met auto's. Dat doen ze niet voor niets, het is een hele kwetsbare groep. Ik zou u willen vragen, conform mijn eerste opmerking, om die cijfers van uitleningen en lidmaatschappen aan jonge kinderen en ouderen uit die buurt toch goed te volgen, dan kunnen we daar later eventueel op terugkomen. Ik hoop dat het niet zo is, maar ik wil mijn zorg daarmee duidelijk maken. Dan naar de heer Van Logtenstein. Het IME-consult is volgens mij wel van deze agenda, gebouwendoorlichting. Ik vind uw antwoord niet echt tevreden stellend. Net is het door een van de collega's gezegd, de kern van de kerntakendiscussie is de vraag: wat is een basisvoorziening en wat is de verantwoording die je aan burgers, stichtingen of verenigingen kunt geven? Daarom hoort het hier ook echt thuis. Ik zou graag wat scherpere antwoorden willen hebben dan "op een ander moment" en "op een actueler moment", daar kan ik toch niet zo erg veel mee. Wethouder BLOMMERS: Voorzitter, wat betreft de toegankelijkheid, dat spreek ik af met de heer Roest. Ik denk dat het iets is dat we altijd moeten volgen: voldoen de voorzieningen voor alle gebruikers? Dus dat zeg ik direct toe. Ik zou nog een opmerking willen maken naar aanleiding van de opmerking die u hebt gemaakt naar de heer Van Logtenstein over het gebouwenbeheer. Een van de grote problemen bij het afstoten van bepaalde zaken is niet alleen hoe het technisch mogelijk is, want dan is er een heleboel mogelijk, maar het gaat ook over: wie is er uiteindelijk verantwoordelijk? Waar we op het ogenblik intern nog mee bezig zijn -en dat is ook een beetje de reden waarom er nu niet over gepraat wordt- is: wat doe je als je als gemeentebe stuur in wezen alle kosten van een gebouw draagt door middel van subsidie, door middel van onderhoud, en het gebouw is niet van jou? Wat gebeurt er dan op het moment dat om een of andere reden zo'n gebouw vrijvalt? Dat is juridisch nogal ingewikkeld en daar willen we nog eens even goed over nadenken. Het is ook een stukje bezit en een stukje investering dat je op peil moet houden. Als we over die zaken wat meer duidelijkheid hebben, dan zullen we daar zeker op terugkomen, want het is wel een onderwerp dat natuurlijk op zichzelf interessant is, precies in de context die u noemde van: waar leg je de verantwoordelijkheden? Maar je moet wel goed zien wat de consequenties zijn. Wethouder VAN LOGTENSTEIN: beantwoorden Voorzitter, ik had het niet beter kunnen VOORZITTERMag ik aannemen dat de raad met het voorstel kan instemmen? Dan is aldus besloten. Het voorstel (RV 96-33) wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. is,

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1996 | | pagina 94