29 mei 1997 - 8 - verkeersplannen toch wel zeer uitgebreid in de vorm van de klankbordgroepen met de burgers van gedachten wisselen en de burgers dat ook, zover ik ze spreek, bijzonder op prijs stellen. Het exploitatietekort dat de heer Witte aanvoert, dat heeft voor een deel betrekking op de weg, maar ook voor een deel betrekking op de sociale woningbouw die we daar plegen. Dus ook dat, denk ik, moet met de nodige nuances bekeken worden. Mevrouw Hugen van de BAM zegt: wat zijn nu de argumenten voor de urgentie? Nou, er is een bouwvergunning verstrekt aan Albert Heijn en ik vind dat als je een bedrijf de gelegenheid geeft om ergens haar gebouwen neer te zetten, je ze ook de gelegenheid moet geven om die op een goede wijze te kunnen gebruiken en te benaderen. De bouwplannen van Braamhage en Achtgoed, ener zijds voor de woningen met zorgfunctie, anderzijds voor de seniorenwoning en, dat heb ik ook in de commissie gezegd, die zitten eraan te komen. Er vindt op dit moment in samenspraak met de welstandscommissie een discussie plaats over de vormgeving. U maakte ook een opmerking over de brief van de heer Van Gelder. Maar zoals u in de brief van het college hebt kunnen lezen, stellen we voor om de rotonde zodanig aan te passen met een inritconstructie dat verkeer, komend vanuit de Burg. Grothestraat richting de Vredehofstraat op een logische manier zijn weg gaat vervolgen in die as en niet de neiging zal krijgen de Ir. Menkolaan of andere straten in te gaan. Voorzitter, ik dacht dat ik daarmee de opmerking beantwoord heb. VOORZITTER: Dank u wel. Wilt u eventueel in uw tweede reactie reageren op de motie? Misschien dat de wethouder nog het standpunt van het college ook even kan meedelen. Wethouder TEN HOVEHet lijkt mij duidelijk dat wij geen behoefte hebben aan deze motie en hem ook ontraden. Heer VISSER (GL/PS)Voorzitter, de wethouder verwijst wel naar een vorige raadsperiode, maar ik kan mij niet herinneren dat in de structuurvisie -om maar eens wat te noemen- toen er nog echt over visies gepraat werd in deze raad, of in de gewestelijke structuurvisie sprake was van een weg van 4 miljoen naar Albert Heijn. Dus wat dat betreft moet de wethouder de teksten nog maar eens nalezen. VOORZITTER: Maar het vorige college had toch wel een visie. Heer VISSER (GL/PS)Ja, dat zeg ik. Maar die week af van deze visie. Voorzitter, wat ik nog vergeten ben in eerste instantie te zeggen over de parallelroute, die dus niet doorgaat -en na 2002 zullen de koppen zich wel weer opsteken, ik zou eigenlijk van elke fractie willen horen hoe die daar nou over denkt, maar de heer Krol zal dat wel niet durven- dan heb ik begrepen dat het raadsvoorstel van destijds van tafel moet en dat u daar een voorstel doet op 3 juli. Ik begrijp alleen niet dat wat het Monnikenbos betreft en de golfbaan dat u daar geen voorstellen voor doet, om dat raads voorstel ook van tafel te halen, want dan keert de rust, zoals mevrouw Blommers zegt, ook hier weer terug in de samenleving. Verder ondersteun ik de motie. Heer ROEST (D66)Voorzitter, de motie die wij voor ons hebben, ligt in het verlengde van moties die eerder door ons bij de begroting en nog onlangs bij de voorjaarsnoga zijn ingediend, om alle werkzaamheden aan het plan Buitenbrink en de voorbereidingen daarvan te staken. Wij zagen toen al in dat het een uitzichtloze toestand was. In die zin is dat niet wezenlijk anders. Ik vind deze motie eigenlijk niet bij dit agendapunt horen. Ik neem zonder meer aan dat op 3 juli wij een nieuw raadsbesluit moeten nemen om in ieder geval een deel van de motie van maart 1996 terug te trekken. We zijn overigens tot de conclusie gekomen dat een ander deel van dat raadsbesluit betreffende Soestdijk in feite, de facto zou ik willen zeggen, toch ook al is teruggetrokken. Wat mij betreft komt die motie dus ook terug op 3 juli. Ik wil nog wel graag van de wethouder weten of inderdaad de activiteiten gestaakt worden. Daarbij bedoel ik natuurlijk niet verkeerstellingen, want ook mijn fractie is ervan overtuigd dat verkeerstellingen in de toekomst

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1997 | | pagina 107