- 30 -
Heer KRIJGER (WD) Ik wil proberen het uit te leggen wat wij voor ogen
hebben genomen. Je moet zo maximaal mogelijk tegemoet komen aan wat de
hockeyclub nodig heeft. Die hebben nodig en ook recht op de normering: twee
kunstgrasvelden. Ze hebben regelmatig behoefte om toch te kunnen uitlopen
of te spelen op een derde veld. Dat hoeft niet een kunstgrasveld te zijn.
Van de andere kant hebben we te maken met SEC, SEC heeft op grond van de
normering recht op twee volledige wedstrijdvelden. Maar een trainingsveld
hoeft geen wedstrijdveld te zijn. Ga nu kijken, in overleg en binnen de
marges van het terrein -want het veld is niet uitgenut- hoe je met een
andere lay-out al die verlangens kunt honoreren. Moet je wat meer investe
ren, hebben wij proberen aan te geven, dan heb je er ruimte voor om het
voor beide goed te doen. Dat willen we.
Heer ROEST (D66)Voorzitter, als dat de optie is, dan is het voor mij
duidelijk en dan kan ik daarmee leven.
Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Het is heel duidelijk begrepen, mijnheer
Krijger, het heeft natuurlijk ook te maken met de invulling van de gebou
wen. Het heeft allemaal relatie met elkaar en daar kun je mee schuiven. Dat
vergt overleg en dat overleg zeg ik u toe, om te proberen dat einddoel te
bereiken
Vanuit het CDA heb ik de vraag gehad om naar de Knickerbockers toe een
eenvoudige accommodatie, aangevuld met de vraag van de heer Boerkoel om
zelfs de bestaande accommodatie voor een groot deel mee te nemen, te
integreren in de uitvoering. Dat is ook genoteerd en we zullen kijken
hoever we daarmee kunnen komen, met behoud van onze uitgangspunten van de
budgetten. Hetgeen u zei is in de juiste richting, minder geld besteden aan
zaken die mogelijk op een andere manier kunnen worden opgelost.
Mijnheer Roest, welkom in de commissie sport, zou ik haast zeggen. Dat doe
ik van harte, want de inbreng die u deed was heel terecht. U begon ook met
de kerntakendiscussie en de samenwerking met de Sportraad, daar maakte u
zich zorgen over. Dat is een aspect dat we heel goed moeten bewaken. We
hebben de Sportraad natuurlijk ingesteld om ons van advies te dienen en ik
moet eerlijk zeggen, de ervaringen daarmee zijn uitbundig. Ik vind dat we
daar zeer uitvoerig over hebben kunnen praten. Alleen moet je ook vaststel
len dat ook zij niet in staat zijn om alle zaken te sturen zoals men dat
wel eens wil.
Bespeling mag niet in het gedrang komen, zegt u. Dat zeg ik u toe. Dat
betekent dat wij binnen de normering voor voldoende velden zullen zorgen.
Dat zit ook in de plannen.
De heer Meilof vraagt om uitstel van het voorstel en vraagt naar de
Henriëtte Blaekweg. Dat zit in de plannen.
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Ik bedoel de Staringlaan.
Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Oh, de Staringlaan, dat zit niet in de plannen.
We hebben de Blaekweg in de plannen zitten en de Koningsweg, daar is
intussen denk ik al een antwoord gekomen. De afschrijving van de Koningsweg
is verder dan u denkt, die stond voor vervanging in de komende jaren in
onze begrotingen. Feitelijk denk ik dat we door de levensverlengende
ingrepen van het afgelopen jaar daar heel goed een vertrek kunnen plannen
in de komende 2,5 jaar.
Mevrouw Koster dringt aan op terugnemen van het voorstel. Ik zie daar
nauwelijks reden voor. We hebben met elkaar gediscussieerd, ik vind dat
daar een ruime meerderheid is voor het doorzetten van dit voorstelIk zie
overigens geen kans om met andere voorstellen nog meer instemming te
krijgen op korte termijn. Dus ik denk toch dat veel partijen ook hebben
gevraagd om behandeling in deze raad en bij voorkeur een snelle uitvoering.
Kerntakendiscussie, de heer Witte, bedrijventerrein vrij maken. Dat heb ik
genoemd, dat is inderdaad een van de doelstellingen geweest.
De sport krijgt een grote zak geld. De sport wordt inderdaad geholpen met
middelen die wij op andere plaatsen hebben vrijgemaakt. Maar ik denk dat de
sport daarmee gediend is, ik denk ook dat de sport daarmee voor de komende
jaren uit beeld kan zijn voor wat betreft een aantal investering. U hebt
het compliment meegegeven dat het een slim voorstel was. Ik denk dat we
daarmee kunnen eindigen. U hebt algemeen een instemming betuigd die het
college de moed geeft om dit door te zetten.
18 september 1997