20 oktober 1997
Heer BOERKOEL (PvdA)Ik zal afronden door het hoofdstuk, wat ik vind ten
aanzien van kwijtschelding en bureaucratie. Al eerder heeft onze fractie
gevraagd aan het college of het niet mogelijk is om op een minder bureau-
cratieve manier om te gaan met het minimabeleid en de kwijtschelding.
Degenen die daarvoor in aanmerking komen zijn min of meer bekend bij de
afdelingen sociale dienstverlening en belasting. Steeds weer moeten die
mensen allerlei formulieren invullen, terwijl de gegevens al jaren bekend
zijn. Het lijkt op die manier wel of we elkaar bezig houden. Het zou
nuttiger zijn als ambtenaren met andere dingen bezig zouden zijn en men
simpel met een briefje "aldus naar waarheid ingevuld" zou kunnen volstaan
met het aanvragen van wat bij u allang bekend is. Wij zouden graag woensdag
het standpunt van het college vernemen over dit voorstel. Wat u dan
overhoudt aan tijd bij dat beleid, is een hoeveelheid uren met betrekking
tot de mogelijke voorlichting en de eventuele bepaling ervan dat mensen
meer en eerder gebruik kunnen maken van de kwijtschelding in het minimabe
leid. Want afgelopen jaren is bij regelmaat gebleken dat helemaal niet
gebruikt wordt waarvan wij vermoeden dat het gebruik zou kunnen worden. Wij
stellen u voor een klein werkgroepje te maken van de afdeling voorlichting,
de afdeling sociale dienstverlening, het comité vrouwen in de bijstand en
enkele raadsleden, die dan een advies zouden kunnen uitbrengen aan het
college om tot andere voorstellen te komen dan de manier waarop we nu
werken.
VOORZITTER: Het woord is aan de fractie BAM.
Heer JOUSTRA (BAM)Dank u voorzitter, ik zal proberen weer wat van de tijd
in te halen, ik weet niet of het lukt. Ik wil even op voorhand stellen -het
is nog niet gezegd vanavond, maar ik heb daar wel behoefte aan- dat ik de
begroting in ieder geval duidelijk, helder en overzichtelijk vind. Ik begin
er steeds meer van te snappen, maar het kan natuurlijk ook zijn naarmate je
wat langer meeloopt. In ieder geval dank daarvoor.
Voorzitter, ik probeer me te beperken tot datgene wat we niet hebben
geschreven, maar helemaal eromheen kan ik niet. Waar wij ons zorgen over
maken is dat u verkeersremmende maatregelen in Soest blijft nemen, zonder
dat u even het rijksbeleid afwacht omtrent de instelling van de 30 km zones
die men landelijk wil gaan invoeren, op een heel andere leest dan we tot
dusver gewend zijn. Eigenlijk zou ik u willen vragen: stop even met een
aantal projecten die kunnen stoppen en wacht dat rijksbeleid af. In het
kader van verkeersremmende maatregelen, voorzitter, ben ik vanmorgen erg
geschrokken. Misschien heb ik wat gemist, maar vanmorgen bereikte ons het
bericht via een uitzending van Radio Soest, via de gemeentevoorlichterdat
het plateau in de Van Weedestraat dat sinds kort is aangelegd, een maand of
vier geleden, weer moet worden weggehaald omdat het een verkeerstechnische
miskleun is. Ik ben werkelijk verbijsterd. En dat moet dan betaald worden
uit het achterwege laten van een nog gedacht plateau. Het is regelrechte
kapitaalvernietiging. Als u vanavond daarop geen antwoord kunt geven,
voorzitter, het geeft niet, maar dan vind ik dat de verantwoordelijk
wethouder in ieder geval bij de behandeling van zijn hoofdstukken daar een
duidelijke verklaring voor moet geven wat er in de Van Weedestraat nou
daadwerkelijk aan de hand is.
Waar we ons ook een beetje zorgen over maken, voorzitter, zijn de onder-
houdsramingen ten aanzien van het bouwkundig onderhoud van de gebouwen die
gemeentelijk eigendom zijn. Volgens mij ziet u het teveel van de zonnige
kant door het onderhoud in de tijd -zoals u schrijft- te verschuiven. Kunt
u een inventarisatie geven van de daadwerkelijke bouwkundige staat van deze
gebouwen?
Dit najaar, voorzitter, zal de evaluatie plaatsvinden van het busplan.
Indien u daarbij daadwerkelijk overweegt een onderzoek in te stellen naar
de mogelijkheid van zogenaamd gratis busvervoer in de gemeente Soest,
willen wij in ieder geval een duidelijk financieel overzicht wat dit
zogenaamde gratis vervoer -ik noem het luchtfietsen- de Soester burger aan
gemeenschapsgeld gaat kosten.
We blijven ons ook zorgen maken omtrent de bereidheid van bedrijven om aan
leden van de vrijwillige brandweer de nodige tijd bij daadwerkelijk
uitrukken beschikbaar te stellen. Ik weet dat u gesprekken hebt gevoerd,
voorzitter, of nog gaat voeren. Maar bent u bereid om ook andere initiatie
ven te nemen om de sterkte op peil te houden? Want we hebben hier niet te
- 6 -