20 oktober 1997
- 18 -
hebt bereikt, daar kun je tevreden mee zijn of niet. Maar het is een goed
beleid en ik denk dat wij vooralsnog dat beleid niet hoeven bij te stellen,
tenzij u zegt: wethouder, hier hebt u twee ton, ga maar weer wat anders
doen, wij willen toch mooie rozen zien of begonia's. Dan kan dat. Het is
een afgewogen beleid binnen de begroting die wij hebben en die u ons
toestaat. Andere methodieken staan op het ogenblik niet op de rol. Wij
hebben wel gekeken natuurlijk naar hetgeen aangedragen is door de PvdA ten
aanzien van de methodieken in Friesland, wat door Rijkswaterstaat daar is
ingezet. Daar doet men het bestrijden van het groen op sommige plaatsen met
kalkkorrels, die onder druk daarop worden gespoten, waardoor het mogelijk
is om de groei te remmen, maar je gaat er ook wel heel duidelijk de
omgeving van de planten mee beïnvloeden, waardoor er een hele andere
plantengroei gaat ontstaan. Maar de reden dat wij daar nog niet toe
overgegaan zijn is heel duidelijk, het is een hele kostbare methode, het
kost meer dan een gulden per m2Feitelijk is het niet een verbetering ten
aanzien van wat we nu hebben. Wij volgen de markt. Dat betekent dat alle
middelen die er komen, die laten we tot ons doordringen en we kijken of we
daarmee vormen van dat beleid kunnen inzetten die u ons hebt aangedragen.
Er is een vraag gesteld over Diftar. Diftar is een blijvend aspect van de
belangstelling. Er is recentelijk nog een conferentie geweest in het
provinciehuis, daar waren ook een aantal commissieleden. Zij hebben kennis
kunnen nemen van de laatste ontwikkelingen van Diftar. De PvdA vraagt aan
mijkunt u mij adressen geven of plaatsnamen van gemeenten waar Diftar is
ingevoerd? Ik heb een hele lijst, want uit die conferentie is natuurlijk
ook wel voldoende informatie gekomen. Deze lijsten vermelden allemaal
gemeenten met diverse methodieken. Dat varieert van -vergeef me de term- de
dure zak naar volumebenaderingen, naar frequentiebenaderingen. Maar een
goede methodiek, integraal toepasbaar in laag- en hoogbouw, is nergens. Wij
moeten vaststellen dat dat een probleem blijft. We hebben er aandacht voor,
we hebben met elkaar afgesproken, ik dacht anderhalf jaar geleden dat we
daar naar blijven streven. Dat doen we ook, alleen het is heel, heel
moeilijk om een goede systematiek te hebben die integraal toepasbaar is. Ik
kan u wel twee positieve meldingen doen. Aan de hand van die conferentie is
in het AVU-bestuur nog eens nagesproken over Diftar. Het dagelijks bestuur
van de AVU heeft besloten om een plan van aanpak op te stellen om daarmee,
met een aantal geïnteresseerde gemeenten, initiatieven te ontwikkelen om
tot vormen van Diftar over te gaan, om daadwerkelijk daar eens een aanzet
aan te geven en te kijken of je vanuit zo'n positie tot verbreding van
Diftar kunt komen.
Adressen grof huisvuil, dat is een aspect dat een van de fracties, ik dacht
D66 heeft genoemd, omdat er namelijk in de lijst die u hebt gezien nogal
wat gegevens stonden die vragen opriepen. Laat ik er één noemen: een adres
met 38 keer grof huisvuil opgehaald. Ik zal daarover nadere gegevens voor u
ter inzage leggen, dat kan waarschijnlijk woensdag al. We hebben ons er
natuurlijk over verbaasd, over die getallen, we hebben het ook uitgezocht
en feitelijk is de constatering dat er 29 adressen zijn met meer dan tien
keer opgehaald in het afgelopen jaar, waarvan zes stuks adressen zijn van
huismeesters. Dat betekent dat een huismeester van een flat, aan de
Weegbreestraat, aan de Smitsweg, aan de Varenstraat, heeft gebeld om daar
grof huisvuil te laten ophalen. Die vallen af, van de 2 9 vallen er zes af.
Dan blijven er zes andere adressen in Soest over, maar dan heb ik het al
over frequenties van kleiner dan dertien. Dus het komt al in een behapbaar
gedeelte. Soesterberg is van de 29 keer 23 keer logisch. Soesterberg heeft
een andere systematiek, daar is geen gelegenheid om makkelijk van grof
huisvuil af te komen, er is geen brengplaats. Ondanks dat is het een getal
dat hier gezien wordt als redelijk. Maar ik zal die getallen en de verkla
ringen ervan ter inzage leggen voor aanstaande woensdag.
Sport en recreatie. Er zijn een aantal vragen gesteld ten aanzien van de
clustering en de tijdsplanning. We zijn na 18 september natuurlijk met alle
verenigingen aan de tafel gegaan. We hebben daar in vertrouwelijke sfeer
gesprekken gevoerd over de doelstellingen, de mogelijkheden en de wensen,
want dat is niet te vermijden. We zijn met een aantal partijen ver gevor
derd. Ik wilde vragen: geeft u mij nog twee weken de ruimte. Ik zal op 5
november a.s. in de commissie milieu daar verslag van doen en daar ook
verantwoording afleggen over de afgelopen periode en u heel daadwerkelijk
laten zien wat op dit moment de haalbaarheid is en welke zaken al direct
kunnen worden ingezet