24 april 1997
- 28 -
Heer BRUNEKREBF (WD)Mijnheer de voorzitter, wil de heer Visser eens
exact noemen wanneer de eerste verhoging zal worden doorgevoerd conform dit
voorstel? En wil hij dan ook vertellen of dat in deze raadsperiode valt of
niet?
Heer VISSER (GL/PS)De besluitvorming is nu, dus ik wil dan ook nog een
keer vanavond horen of de wethouder het ermee eens is om het
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Voorzitter, bij interruptie, want nu begrijp ik
het niet, de heer Visser suggereert dat de besluitvorming over deze zaken
nu is. Ik denk dat er nu heel even duidelijk hardop gezegd moet worden dat
er absoluut geen besluitvorming is en dat we alleen een informatieve
gezamenlijke vergadering hebben gehad, op grond waarvan u uw voorstel gaat
formuleren. Ik denk dat het goed is dat u het ook nog een keer zo formu
leert dat het heel helder is, zodat we het uit de discussie weghalen.
Heer VISSER (GL/PS)En om die helderheid heb ik dus al deze dingen gezegd
die ik tot nu toe wou zeggen.
Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS)Voorzitter, het bevreemde mijn fractie toch
bijzonder dat we uit het verslag van de vergadering die we vorige week
hebben gehad, de reactie van het college moesten lezen. Zeker ook omdat het
college tijdens die vergadering eigenlijk niet meer op die zaak wilde
doorgaan. Ik denk dat het een manier is van met elkaar omgaan die we
eigenlijk zouden moeten proberen te vermijden. Ik zou juist u als voorzit
ter ook in dat kader willen aanspreken.
Ten aanzien van het meerjarenperspectief. Ik zou de reactie van Gemeentebe
langen Groen Soest tot die zaken willen beperken. We hebben kennis genomen
van de reactie van het college van B&W op een aantal zaken zoals we die
naar voren hebben gebracht.
Ten aanzien van het doorlichtingsonderzoek inkoopfunctie betreur ik toch
dat u zich wat terughoudend blijft opstellen. We hebben uitdrukkelijk
gevraagd om de politieke noodzakelijkheid te onderstrepen en meer uitdruk
kelijk te formuleren dat het noodzakelijk is om op dit punt ook voorzienin
gen te treffen. Ik zou ook van u verwachten dat u dat zou onderschrijven.
De taakstelling personeelslasten, daar blijf ik maar heen en weer gesleurd
worden tussen enerzijds het feit dat u keihard een bedrag opneemt, ander
zijds mij geregeld antwoordt dat u het niet precies weet, maar dat u het
taakstellend op die manier wilt realiseren. U zegt: we hebben als college
gekeken wat er ongeveer uit zou moeten kunnen komen en dat is dan die
anderhalve ton. Dan zou ik inderdaad nog eens de aandacht willen vestigen
op de brief van de ondernemingsraad en in ieder geval graag van u vernemen
wat de uitkomsten zijn van dat overleg. Ik denk dat er best nog wel het
nodige te bepraten valt met het personeel, als ik dat zo lees.
Ten aanzien van de parallelroute weiger ik verder met u in discussie te
treden over de eenmaligheid van gelden en de aanwending daarvan. Dan krijg
je van die discussies, die zit je alleen maar te voeren om de retoriek. U
hebt op een gegeven moment gewoon geld beschikbaar en als u dat niet aan
een rondweg uitgeeft, kunt u het ergens anders aan uitgeven. En toevallige
baten hebt u ook wel eens structureel in de organisatie ingezet, ik denk
dat we ook in deze raadsperiode daarvan een voorbeeld hebben, een heel
groot voorbeeld, een nog grotere zak met geld. Dus we moeten elkaar niet
voor de gek proberen te houden. Overigens heeft mijn fractie niet gezegd
dat de parallelroute er op dit moment financieel uithalen, de o.z.b.-
verhogingen zou beïnvloeden. Ik hoop dat dat in ieder geval hier ook nog
even duidelijk mag doorklinken. Het heeft wel effect, als je alle maatrege
len die wij hebben genoemd bij elkaar optelt, op het meerjarenperspectief.
Dat ziet er dan namelijk per 2002 dan negen ton positief uit en op dat
moment zou je kunnen kijken of dat voldoende is om al die zaken die
opgevangen moeten worden -u hebt er zelf in de brief een aantal genoemd-
ook te kunnen opvangen. Ik denk dat daarmee onze insteek van blijvende
waarde is, zowel voor de natuur als voor het financieel perspectief van de
gemeente Soest en de diverse burgers die getroffen worden door de maatrege
len die samenhangen met hogere tariefstellingen.
Dan komt er een verhaal ten aanzien van de o.z.b.-tarieven voor bedrijven,
waarbij u ineens de waarde gaat betrekken van het desbetreffende onroerend