25 juni 1998 - 17 - borgd als wij nu meegaan met een voorstel met betrekking tot het krediet, want dat is het voorstel waar het eigenlijk om ging vanavond, we hadden het niet over die openingstijden, het gaat er vanavond om: zijn wij bereid een aantal vrijwilligers in besturen die zich helemaal niet druk schijnen te maken over de bestuursverantwoordelijkheid -als bestuurslid van een stichting ben je voor situaties zelfs persoonlijk aansprakelijk- zij zijn bereid met een toegift of toezicht, hoe je het mag noemen, van een oud ambtenaar die de meesten van ons zeer integer vinden, om eens te gaan kijken hoe het kan worden uitgevoerd. Ze hebben er vertrouwen in, anders doen ze het niet, ik koppel even terug naar de bestuursverantwoordelijk heid, ze hebben er vertrouwen in dat zij inderdaad onder deze condities als een finale afspraak kunnen realiseren wat wij hebben bedoeld, een meerder heid van de raad: te komen tot een C-bieb, een centraal gelegen voorziening die dus kwaliteit biedt, inhoudelijk en in verzorging. Nou kom ik terug op de openingstijden. Is er één grote, centrale voorzie ning, dan is die veel langer bereikbaar, veel langer open dan als je alles moet gaan spreiden. Ook dat is een element dat aangeeft de waarden van de heer Roest met betrekking tot de openingstijden, hoe tijdelijk dat is. Nu wordt wel eens gezegd: wij willen kort en zakelijk vergaderen. Pas nog gehoord. Dat kan best, maar wij vinden ook dat als standpunten principieel zijn, je moet motiveren waarom je wat doet. Ik hoop dat in mijn reactie op hetgeen het college vraagt, maar ook in reactie op de heer Roest, is duidelijk geworden dat wij ervoor kiezen te blijven zorgen in Soest voor een voldoende kwalitatief aanbod van cultuur, een voldoende aanbod van kwaliteit met betrekking tot de bibliotheek. Daar komen ook wat prijsverho gingen uit en dan moet je goed rekenen, denken wij altijd maar. Is dat drie ton, dat wij dus via een omweg de bezuiniging extra halen? Dat zou je zo begrepen kunnen hebben van de heer Roest. Nee, er zijn ook landelijk voorzieningen met betrekking tot de kosten van de bibliotheek, die beteke nen: hogere prijzen vragen die wij niet kunnen compenseren. Dat doen we dus niet en dat heeft te maken dat er wat andere inkomsten gaan komen met betrekking tot de bibliotheek. Dat is niet het verbloemen of het verdoeze len van de bezuiniging. Daar gaat het niet om, het gaat erom dat met leenrechten en zo ook andere mensen in deze samenleving recht hebben op bepaalde vergoedingen en die zitten in de meeropbrengsten van de biblio theek onder andere. Dus, samengevat, datgene wat nu ons gevraagd wordt is een gewogen, gemoti veerde beslissing, in lijn met eerdere beslissingen. En het verhaal, politiek, van de heer Roest, ik begrijp het wel, maar wij liggen er niet wakker van zeg ik er ook gelijk maar bijwant het gaat ons om het nu afronden op korte termijn, dat een aantal mensen die hun nek uitsteken om een voorzieningen voor de gemeenschap overeind te houden, dat zij de garantie krijgen -meer gaat het niet om- om wat te kunnen gaan doen. Heer LOKKER (CDA)Voorzitter, het is jammer, maar eigenlijk onvermijdelijk in deze discussie dat ze twee gezichten kent: een politieke en een financi ële. Ik denk dat we ze niet door elkaar moeten laten lopen en ten aanzien van het politieke zal mijn fractievoorzitter daarom ook nog een opmerking maken. De beide gezichten, politiek en financieel zijn overigens wel gerimpeld, zoals we in de commissie ook hebben aangegeven. Het CDA wil onder de voorwaarden die toen genoemd zijn akkoord gaan, en ik wil voor het verslag van de vergadering -dat zijn de woorden die mevrouw Blommers zelf altijd toen zij raadslid was, veelvuldig gebruikte- die voorwaarden herhalen. VOORZITTER: Ze is nog steeds raadslid. Heer LOKKER (CDA)Ja, maar ze zit nu aan de andere kant van de tafel en ze zal het dus ook wel begrijpen en op prijs stellen, denk ik. Het gaat hier inderdaad om twee zeer belangrijke, voor Soest zeer belang rijke openbare voorzieningen. Dat maakt dat deze discussie ook een soort klemdiscussie is. We kunnen de beide voorzieningen niet in de uitverkoop gooien, dus stopzetten is voor ons op dit moment, gelezen alle zaken, niet een optie. We hebben inderdaad, mijnheer Roest, toch -ondanks dat u dat misschien ontkent- een open discussie gehad in de commissie en ook daarna is binnen de CDA-fractie nog een aantal andere opties in discussie geweest. Dus dat het allemaal kant en klaar was, dat ontkennen wij.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1998 | | pagina 98