24 juni 1999
- 17 -
van leren. Voor D66 is bij de beleidsafweging de prioriteitenvolgorde van
de burgerlijke beleidsaanbevelingen richtinggevend. Ten eerste omdat er wel
een draagvlak is. Diezelfde stagiaire waar de heer Koning het over had, die
zegt ook vol trots "aan legitimiteit is voldaan", als ik het goed heb in
dat stuk. Vooral ook omdat de prioriteiten overeenkomen met de prioriteiten
van D66. Onze fractie heeft alleen maar ter informatie voor u de financiële
consequenties op een rijtje gezet. Ik heb dat bij iedereen neergelegd, in
de richting van die top-tien. En daarop kunt u zien wat het effect is van
de eerste tien ten opzichte van het hele budget. U kunt het als bijlage in
uw nota stoppen. Het betrekken van inwoners bij hun woonomgeving staat op
dat lijstje op de eerste plaats. De commissie milieubeheer waar al eerder
de lof over is bezongen, wat ik volledig kan beamen, deed in zijn reactie
een beroep op het college om ter bevordering van de participatie van
inwoners een buurtbudget in te stellen. Dat klonk ons als muziek in de
oren, want in onze algemene beschouwingen van vorig jaar schreven wij
daarover: D66 denkt dat de leefbaarheid van wijken kan worden verbeterd
door de verantwoordelijkheid en betrokkenheid van buurtbewoners te stimule
ren. Dat kan onder andere door een budget van de buurt, inwoners die zich
verantwoordelijk voelen en een rol willen spelen bij de veiligheid,
inrichting en verzorging van hun leefomgeving, kunnen in overleg met de
buurt buurtwensen realiseren. U begrijpt dat wij uitermate verheugd zijn
over uw positieve reactie. We vinden wel dat u er terecht de voorwaarde aan
verbindt dat aan die participatie natuurlijk wel een min of meer structu
reel verband ten grondslag moet liggen. Daar zijn wij het van harte mee
eens
Mevrouw BIJMAN (GGS)Voorzitter, voor ons ligt een rapport dat het
beslispunt vormt na een lang project van inspraak en behandeling dat eraan
vooraf is gegaan. Tijdens de eerste behandeling van dit plan heeft GGS
aangegeven moeite te hebben met de term Duurzaamheidsplan, omdat we denken
dat de benaming Milieubeleidsplan duidelijker is. Uiteraard zijn we wel
voor een samenhangend milieubeleid, dat zoveel mogelijk is geïntegreerd in
alle sectoren van het gemeentebeleid. Een beleid dat ook doorwerkt in het
dagelijks leven van de inwoners van Soest.
Hoewel wij aanvankelijk sceptisch stonden tegenover de Duurzaamheidsdialoog
en de invulling ervan, moeten wij erkennen dat het goed gewerkt heeft en
dat daardoor zeer veel mensen betrokken zijn geweest bij de totstandkoming
van dit plan.
De lijst met de top-tien van aanbevelingen die werd samengesteld tijdens de
laatste dialoogronde, wordt door ons van harte onderschreven. Ook van onze
eigen aanbevelingen hebben we veel kunnen terugvinden in de eindversie van
het Duurzaamheidsplan, zoals het er nu ligt. Zo zijn we bijvoorbeeld heel
content met de aangekondigde verandering van het bosbeheerplan in een
natuurbeleidsplan
Het is een uitgebreid, samenhangend plan geworden, gericht op de integratie
van ecologie, economie en samenleving. De monitoring van dit alles zal
echter nog verder moeten worden uitgewerkt. Eraan toegevoegd is een lijst
van wensen en aanbevelingen, uren en geld, die nodig zijn om dit beleid in
de praktijk te brengen. Veel punten kunnen echter pas worden beoordeeld in
samenhang met de nieuwe plannen voor het wijkbeheer.
Voorzitter, in dit raadsvoorstel ontbreekt echter een richtinggevend
voorstel van het college. Het enige dat het college tot nu toe heeft
voorgesteld bij de Voorjaarsnota, is een bezuiniging, nota bene op natuur-
en milieu-educatie.
Een samenhangend milieubeleid kan alleen worden uitgevoerd als het gedragen
wordt door de totale gemeentelijke organisatie en als het een breed
draagvlak krijgt bij de inwoners van Soest. Daarvoor is veel voorlichting
en educatie nodig. Neem bijvoorbeeld het onkruid. Sommige mensen klagen wel
dat ze het onkruid langs de straten zo slordig vinden. Maar als je ze
uitlegt, in gewone gebruikelijke taal, wat het nadeel is van spuiten met
gif, en wat het voordeel is voor de natuur van al die slordigheid, dan gaan
ze weer krabben in plaats van klagen. Dat geldt ook voor de jeugd. Wie de
