24 j uni 1999
- 36 -
verlies. Uiteindelijk heb je als college, respectievelijke colleges
jarenlang, en u kunt zich voorstellen dat het proces zich heeft voorgedaan
misschien wel gedurende de tien jaar na de door sommigen hier betreurde
discussie over de verkoop van het Soester Natuurbad. Tien jaar lang hebben
verschillende colleges gedacht: wat is nou winst en wat is nou verlies. In
1997 in de zomer kwam mijn voorganger, wethouder Ten Hove met een voorstel
waarin hij zei: ik denk dat we winst kunnen boeken, ruimtelijke winst, dat
hoor je ook te zeggen als wethouder ruimtelijke ordening in eerste instan
tie, door Zonnegloren terug te geven aan de natuur. Met minder middelen,
met misschien een moeilijker juridisch verhaal op dat moment zei het
toenmalige college: laten we het - en daar moeten we ook helder in zijn -
op dit moment niet doen. De uitgebreide politieke discussie daarna over
publiciteit en wie dat had veroorzaakt speelde niet. Het college zelf zei
op dat moment, kijkend naar de middelen, kijkend naar winst en verlies,
kijkend naar jurisprudentie, kijkend naar de Provincie, nu even niet. Twee
jaar geleden. Opnieuw ga je dan als nieuw college kijken: wat is winst, wat
is verlies. En u kunt zich voorstellen dat je daar een heel simpel plus- en
min-rekensommetje van kunt maken. En een ontwikkelaar maakt ook plus- en
min-rekensommetjesDe heer Netjes heeft plus en min gedaan en gezegd: dat
is wel aardig. En NBM-Amsteiland heeft plus en min gedaan en afgelopen
maandag zei de raad van bestuur, dat meld ik u dan maar bij deze, wij
stemmen in met deze transactie, want er zit voor ons een plus. Het college
heeft precies dezelfde overwegingen gemaakt. Zit er een plus? Maar een
college heeft los van partijpolitieke bindingen, belangen, ideologische
overwegingen die een rol spelen, ook één algemeen belang. En dat algemene
belang is niet te plussen en niet te minnen in guldens en misschien zelfs
wel niet in meters. Maar is wel te plussen in ruimtelijk beleid. En laat
duidelijk zijn dat ruimtelijk beleid voor dit college actief beleid
betekent. Een beleid dat betekent dat je niet wacht tot een ontwikkelaar
zegt: nou hebben we na tien jaar leuren het toch voor elkaar gekregen om
deze precies in de bestemmingsplan passende bestemming te krijgen. En nou
kunnen we gelukkig 25.000 m2 bebouwen op Zonnegloren, of zoals een ontwik
kelaar meestal doet, die zegt: wacht maar rustig af, er zit nu een ferm
college maar vanzelf wordt dat ooit anders. Uiteindelijk zegt dit college
tegen deze raad: wij vinden dat er op dit punt in deze hele grote transac
tie een hele grote plus te bereiken is. Niet persé een financiële, maar wel
een ruimtelijke. Soest is verscheurd geweest, 10, 20 misschien wel 30 jaar
lang, door plannen over uitbreidingen, wel of niet op de Eng, Centrumplan,
u kent ze allemaal. Heftige, grote politieke debatten en ik dacht, en ik
heb serieus gedacht dat de raad van Soest het laatste jaar daar iets anders
mee om aan het gaan was. Nieuwe nota's, nieuw beleid en wat was dat beleid?
Streep om Soest, heb ik in de commissie gezegd. Grote rode lijn, Boeren-
streek, laatste grote uitbreidingslokatie, er mag wat meer gebouwd worden,
daar kunnen we nog jaren mee vooruit, maar voor de rest zal het binnen
Soest moeten gebeuren. Daar doen we een stedelijk vernieuwingsbeleid voor,
daar zijn we mee aan het denken over Spoordal, of dat mogelijk is en
daarmee betekent het dat je binnen je bebouwde kom nog allerlei ontwikke
lingen en mogelijkheden ziet. En het betekent ook dat je zegt: daarbuiten
moet het anders. En daarbuiten moet het anders betekent heel simpelweg: dat
je actief probeert om daar iets voor elkaar te krijgen. In 1933 is er ooit
een bestemmingsplan gewijzigd. En in dat bestemmingsplan stond: wat nu bos
is, wordt ziekenhuis. En wij stellen u maar één ding voor. Of u op dezelfde
wijze in 1999 wilt zeggen: wat toen beleid was, draaien we nu terug.
Natuurlijk kun je zeggen: dat is inconsequent, want we hebben toch met z'n
allen geroepen in 1933 dat het een ziekenhuis mocht worden. En we hebben
met z'n allen dat 60 jaar prima gevonden. En toch zeggen we nu met z'n
allen, in meerderheid, in ieder geval, ik proef zelfs bij de partijen die
tegen deze transactie zijn, op zich is het niet erg om te zeggen: wij
wijzigen het plan, we doen het anders, het mag daar weg. Ik durf zelfs te
zeggen dat bijna unaniem, misschien één uitzondering, de raad van Soest
zegt: dat deel van de transactie, dat deel van het verhaal is voor ons
allemaal te steunen en de moeite waard. En het wordt moeilijk en het wordt