25 februari 1999
-13-
bankgebouwen de grondprijs voor winkels wordt gehanteerd, en ons daar op
korte termijn over te berichten. Als u daar akkoord mee kunt gaan dan hoef
ik daar geen motie over in te dienen.
Mevrouw KOSTER (GL/PS): Ja voorzitter, complimenten aan de wethouder hoe
zij van 250,-- toch 750,weet te maken door te gaan stapelen als je
het over vierkante meters hebt. Dat vind ik heel knap gedaan inderdaad.
Maar uw argument overtuigt ons niet dat je de VVV gelijk moet stellen met
een bank. Want de bank is o.i. niet alleen dienstverlenend maar ook zeker
een winstgevend bedrijf. Dus op z'n minst vinden wij dat het een winkel
prijs zou moeten verdienen.
Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): Voorzitter, o.i. doet het huidige voorstel
geen recht aan een goede prijsstelling en daarbij is het argument dat de
bank mogelijkerwijs winstgevend zou zijn, want daarover zouden wij hier
verder ook niet willen oordelen, daar is geen factor in. Het gaat erom wat
is de functie en wat is de prijs die erbij hoort.
Wethouder BLOMMERSZoals ik zei: ik handhaaf dit voorstel. Als de raad
zegt: ik wil in de commissie nog eens een keer praten over een subcategorie
en daar moeten we toch echt heel zorgvuldig over nadenken of je zo maar
kunt zeggen: ik heb een kennis en ik vind dus dat daarom een bank een
winkel is, ik bedoel, kort samengevat, dan denk ik: dat kan niet de
bedoeling zijn.
Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS)Sorry voorzitter, maar nu gaat mevrouw de
wethouder toch wel erg kort door de bocht. Zij heeft in haar eerste termijn
denk ik toch wel onderschreven dat ook een bank wel degelijk een winkel
functie heeft en dat in die zin dus de gedachte bij een deel van de raad
opkomt om het winkeltarief te hanteren, lijkt me niet zo'n rare gang van
zaken
Wethouder BLOMMERS: Dat hoort u mij ook niet zeggen. Ik zeg alleen: je kunt
het niet zo één, twee, drie zeggen. Je zou dan toch moeten kijken hoe de
bepaalde functies zich tot elkaar verhouden, ook in zo'n oppervlakte. Op
zichzelf ben ik natuurlijk altijd bereid om in de commissie daarover te
praten, waarbij ik wel vind dat als wij op dit moment vinden dat daar iets
aan veranderd moet worden, dat je iemand waar dit argument nog niet bij
heeft gespeeld niet de dupe van kan laten worden. Dus ik handhaaf dit
voorstel
Heer ROEST (D66)Voorzitter, mag ik even hierop interrumperen? Dat mag
altijd meteen in het uitspreken, want dat heeft u mij geleerd en dat doe ik
dan ook braaf. Die opmerking van die vriend van mij was natuurlijk net zo
leuk en aardig bedoeld eigenlijk, sommige mensen zag ik rond kijken. Dat
was net zo aardig bedoeld als de opmerking van mevrouw Blommers. Ik
handhaaf toch mijn stelling dat ik hier aan deze raad niet wil zeggen: oh
daar praten we nog een keer in de commissie over. Aan deze raad wil ik
vragen om daarover een besluit te nemen. Ik vind dat iets te zwak en ik
neem dus geen genoegen met dit vrijblijvend antwoord. Daarmee verzoek ik u
een motie rond te sturen, die geef ik u nu.
VOORZITTER: Goed, de inhoudelijke discussie over het agendapunt is beëin
digd maar voordat ik tot besluitvorming overga, wordt eerst de motie
uitgedeeld zodat u daarvan kunt kennisnemen en dan vraag ik een standpunt
van de fracties over de motie. En afhankelijk van de uitkomst daarvan kijk
ik verder. We zullen even wachten tot u allen kennis heeft kunnen nemen van
de tekst van de motie.
Ik begrijp dat het nog niet gefotokopieerd is. Ik zal de tekst voorlezen en
ik hoop dat u daarmee voldoende stof heeft om in uw fractie te beoordelen
wat uw standpunt is. Ik lees voor:
De gemeenteraad van Soest, in vergadering bijeen op donderdag 25 februari