13 oktober 1999 - 83 - worden, waardoor het wat gunstiger zou zijn. En ik denk dan bijvoorbeeld aan als die kinderopvang op de plek die u bedoelt niet kan, omdat ook in het stedenbouwkundige ontwerp heeft gezeten om het gewoon te koppelen aan de school, en dan zeg ik niet in de school, maar aan de school, win je heel veel ruimte. Dat zou wel eens heel gunstig kunnen zijn. Maar ik vind het dus daarom, op dit moment een beetje tricky als je ziet dat het leerlingen aantal daalt en je kan wel zeggen: ja we hopen volgend jaar op betere tijden, dan staat die school er wel met misschien teveel lokalen en dat zou ik jammer vinden. Mevrouw BIJMAN (GGS): Voor wat betreft de ro-aspecten waar mevrouw Stekelenburg het over heeft, die informatie is voor ons nieuw, dat dat kinderdagverblijf niet doorgaat daar. VOORZITTER: Het is gezegd. Mevrouw BIJMAN (GGD)Ja, het is vandaag gezegd, maar daarvoor hebben we het dus niet in onze overwegingen mee kunnen nemen. Wel had mijn fractie veel problemen met de manier waarop de nieuwbouw van de Carolusschool gefinancierd wordt. We vinden het principieel onjuist om nieuwbouw van schoolgebouwen te financieren uit grondverkoop voor woningbouw. En we willen dan ook wat dat punt betreft een voorbehoud maken. Wij hebben voorgesteld in de commissie om op termijn met elkaar in discussie te gaan om te kijken hoe we op lange termijn de planning van de onderwijshuisves ting mee kunnen nemen gewoon in de begroting als een lange termijn voorzie ning VOORZITTER: Andere leden van de raad? Geen uwer? Dan is het woord aan wethouder Ten Hove Wethouder TEN HOVE: Ja voorzitter, in de commissie r.o. is het plan Carolusschool aan de orde geweest en als zodanig ook door de commissie geaccordeerd, inclusief die bestemming voor de kinderopvang. Nu blijkt dat de ontwikkelaar op dit moment niet voornemens is om dat deel van het project te ontwikkelen. Het college blijft evenwel van mening dat die lokatie wel voor de kinderopvang bestemd moet blijven. Want we hebben juist in de afgelopen jaren discussies gehad over waar zou het eventueel kunnen. Er zijn lokaties genoemd, die hebben ook weer de nodige beroering met zich meegebracht. We waren dus uiterst gelukkig met het feit dat we nu eindelijk een lokatie gevonden hebben. En ik denk dat we die ook vooralsnog moeten koesteren Wat het leerlingenaantal betreft, mevrouw Stekelenburg noemt een leerling enaantal, de officiële prognose moet nog komen, maar ik neem zonder meer aan dat u uw informatie uit betrouwbare bron heeft, het kan best inderdaad zijn dat op dit moment het leerlingenaantal achterloopt bij de prognose. Dat neemt weliswaar niet weg dat het schoolbestuur mij verzekerd heeft dat ook al zou het leerlingenaantal nog verder afnemen, dat zij toch voornemens zijn om die lokatie in Soesterberg in stand te houden. En dat niet voor één jaar, maar voor geruime tijd. Dat zou betekenen dat we daar in ieder geval toch voor ruimte moeten blijven zorgen. Je zou wel een discussie kunnen hebben van: moet je dan op dit moment een school met 6 of 7 lokalen bouwen, gelet op dat aantal. Dat zou een punt van discussie tussen de gemeente en de ontwikkelaar kunnen zijn. Wat de opmerking van mevrouw Bijman betreft, ik heb in mijn reactie in tweede termijn vanmiddag al gezegd: de raad heeft op enig moment besloten, u heeft ook dat onderwerp in mijn commissie voor de goede orde en niet in de commissie financiën is dat aan de orde geweest en ik heb daar het standpunt verkondigd dat de raad ooit heeft ingenomen om de financiering te regelen op de manier zoals wij dat nu hebben aangegeven en uw fractie stelt voor om tot een andere manier van financiering van kapitaalinvesteringen te komen. Ik denk dat dat punt dan maar, als dat bediscussieerd moet worden, op enig moment in de commissie financiën aan de orde zou moeten komen.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1999 | | pagina 384