18 november 1999 - 6 - lijnen zijn langer, je hebt minder greep op het geheel, misschien krijg je sneller een rekening gepresenteerd, allemaal waar. En toch denken wij dat de eerder genoemde argumenten om toch tot schaalvergroting over te gaan zwaarder wegen. We stappen er tenslotte niet blind in. We zijn erbij en we blijven erbijTen aanzien van een aantal punten die nog bespreking hoeven, zou ik nog willen zeggen, het meldpunt woonomgeving, daarvan hebben wij in de commissie aangegeven dat dat mogelijk wel naar de afdeling Groen en Milieu zou kunnen gaan, omdat veel van de meldingen die daar binnenkomen ook binnen die afdeling opgelost moeten worden. In uw reactie op de commissieadviezen geeft u aan: we stellen toch voor het bij de reiniging te laten. Dat kan, en al met al denkt mijn fractie dat in wezen nog niet zo heel belangrijk is waar het ondergebracht wordt, als ook daar de afspraken maar goed zijn. En dat als we die afspraken met elkaar goed maken, en goed noteren dat je dus ook daar eigenlijk wel goed uitkomt. Ten aanzien van Spullenhulp zouden wij willen voorstellen het beleid te volgen zoals dat nu is. En wat betreft de financiën, als we kijken naar de aanloopkosten, u geeft aan dat die, aanvankelijk zat er geen financieel plaatje bij het raadsvoorstel aan betrokken, maar nu geeft u inderdaad aan dat die fl200.000,- aanloopkosten zijn die uiteindelijk te verrekenen zijn op de GR. Een aantal fracties vinden dat de externe markt, die straks voor de GR beschikbaar zal zijn, wat summier uitgewerkt is. Ik heb me laten vertellen dat dat ook met reden is. Dat het toch de bedoeling is dat straks die GR zich eerst op de thuismarkt zal gaan oriënteren, dus met name goed zorg zal dragen voor een goede afvalinzameling en daarnaast ook op de externe markt een graantje mee zal pikken. En naar ons verteld is, zij hebben toch nogal wat gemeentes die een aantal taken of delen van taken willen uitbesteden, dus daar ligt mogelijk toch een kans voor onze nieuwe GR. Wat betreft de afspraken, ik heb het eigenlijk al genoemd. Er moeten goede afspraken gemaakt worden. Welke diensten worden geleverd, door wie, waar, wanneer en hoe. Kortom, contracten die gesloten worden zullen wij graag ter inzage zien. Eigenlijk is dat voor ons op dit moment onze eerste reactie. Nogmaals, ik denk dat wat ons betreft u, zoals ik al eerder aangaf, het groene licht krijgt, en wij zien graag van u straks die contracten ter inzage Heer ROEST (D66)Voorzitter, ik wil allereerst ingaan op de algemene lijn. Onze fractie was bij aanvang toch wat kritisch. Wij hebben, toen dit onderzoek tot stand moest komen, op grond waarvan dit besluit werd gevormd, nog gepleit, herinner ik me, voor een knip in het krediet. Maar gaandeweg, tijdens het proces, zijn we anders gaan denken. En dat heeft ertoe geleid dat onze uiteindelijke afweging positief zal zijn. Ik wil op een aantal punten ingaan. Allereerst de noodzaak van schaalvergroting. De rapportage, vinden wij, is daar nog wel wat vaag over. Dat had duidelijker kunnen worden. Het is bekritiseerd door GGS en op zich niet ten onrechte. Maar het doet niets af aan het feit dat door het Ministerie van VROM, Afval Overleg Orgaan de noodzaak wordt onderstreept dat de overheid greep moet houden op de eindverwerking en verder dat inzameling en de be- en verwerking steeds hogere investeringen vragen. Die beoogde milieuwinst moet er komen. Steeds meer scheiding van afvalfractieshoogwaardige machines en meer verstand van zaken. Maar ook het bestaande niveau gaat meer energie kosten. We denken aan de Gft-scheiding in midden- en hoogbouw. Soest heeft hoge milieu-ambities, maar tegen betaalbare prijzen. Dat is te bereiken met de voorgenomen fusie als eerste stap, en inderdaad niet zonder risico. Progressie gaat nooit zonder risico, maar dat geldt voor stilstand even zeer Voor- en nadelen. Nu niet fuseren met alle energie die daarin is gestoken, betekent dat de weg voor jaren is afgesloten. Ons inziens is stoppen nu niet verantwoord. Het draagvlak dichtbij de dienst is groot. Dat hebben we vanavond nog weer van de wethouder gehoord. Beide gemeenten zijn eigenaar van het bedrijf en kunnen invloed uitoefenen via de bestuursafvaardiging. Dit bestuur heeft echter vooral als taak een zakelijk beleid te voeren als dienstverlener aan de gemeenten. Die gemeenten hebben verder zeggenschap via hun opdrachtgeverschap aan SOZEI als opdrachtnemer. Kosten, taken en prioriteiten worden wel zeer helder. Gemeente kan zich daarom meer toeleg gen op het afvalbeleid. We kunnen de details in het vervolg overslaan. Kortom: zowel financieel, zakelijk, als beleidsinhoudelijk heeft de gemeenteraad voldoende instrumenten om de Soester wensen veilig te stellen. Wel heeft Spullenhulp aandacht nodig binnen dit beheer en dat spreekt ook

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1999 | | pagina 399