20 april 2000 VOORZITTER: Daar wenst wethouder Krol vooraf een opmerking over te maken. Wethouder KROL: Ja voorzitter, de raad had mij gevraagd om in de kwestie van het voorbereidingsbesluit perceel Zandlaan/Birkstraat mij ter plekke van de situatie nogmaals te vergewissen met de beide partijen, dat wil zeggen met degenen die behoefte heeft aan het voorbereidingsbesluit en degene die daar bezwaren, bedenkingen tegen had te spreken. Eerst hebben ze dat samen gedaan en ik heb dat vanmiddag herhaald in mijn bijzijn op de locatie. En ik meld u met inachtneming van al datgene wat ik over planologische aanvaardbaarheid bij het vorige agendapunt gezegd heb, en dat wil ik wel even benadrukken dat beide partijen een vorm van afscheiding tussen beide percelen gevonden hebben in de vorm van een vergunningvrije schutting en het herstellen van de groenstructuur op het terrein van de heer v.d. Berg die voor beide partijen als aanvaardbaar wordt gevonden en dat betekent voor mij dat we met een flink stukje handhaving aan de kant van de heer v.d. Berg kunnen melden dat het bezwaar zoals dat door de heer De Koning is ingediend ook in de commissievergadering wat hem betreft niet meer aan de orde is. Dat even voor de beraadslagingen voorzitter. VOORZITTER: Nogmaals aan de orde. Wie van de zijde van de raad? Heer VAN DER WEIJ (VVD): Voorzitter ook wij waren in de commissievergadering als VVD-ffactie hier tegen het nemen van dit voorbereidingsbesluit. We hebben het hele verhaal gehoord van alle kanten. We houden de wethouder eraan dat hij dat gaat controleren en als je dan nog een keer het woord scharrig mag gebruiken, dan is dat een plek waar het nou echt scharrig is en ik zou daar toch graag ook de wethouder willen verzoeken iets aan te gaan doen. Zeecontainers die moeten we in Soest niet gaan neerzetten of ze moeten in ieder geval nog netjes in de verf komen te staan, maar niet een paar roestige dingen die daar staan en een terrein dat helemaal op z'n kop gezet wordt dat volledig kaalgeslagen is, dat mag in de toekomst niet meer voorkomen. Heer SMEEING (CDA): Voorzitter, wij waren tegen het voorbereidingsbesluit en we blijven tegen het voorbereidingsbesluit. Ik moet eerlijk zeggen, hoe gaan we ermee om, de heer Van der Weij haalde net al aan, gaan we zeecontainers legaliseren, hoe gaan we daarmee om. Zouden we niet tegen zo'n eigenaar moeten zeggen: moetje eens goed horen, het kwaad is geschied; we kunnen daarmee uit de weg als je daar een fatsoenlijk gebouw neerzet. En hetzelfde geldt voor de bestrating. We hebben hier een plannetje voor ons liggen, als je nu gaat kijken is die bestrating nu al anders aangebracht dan hier op het plan staat. Dus onze vraag is eigenlijk, ik denk dat Soest helemaal geen zeecontainers moet tolereren. Misschien incidenteel bij een bouwplaats enzo, maar niet in dit geval. Ik weet niet hoe de anderen daarover denken. VOORZITTER: We zullen het merken in de loop van de bespreking van dat punt in hoeverre de anderen daarover denken. Mevrouw STEKELENBURG (PvdA): De heer Smeeing roept van een gebouw, ik zou dan even van de wethouder willen weten is een gebouw daar ook dan feitelijk toegestaan of wordt een zeecontainer gezien als verplaatsbaar dus is bij wijze van spreken niet grondgebonden. Want ik denk dat daar dan de discussie even over zou moeten gaan. Want ook ik ben van mening dat die containers er niet uitzien, maar misschien mag een gebouw gewoon niet. Dat hoor ik graag even. De tweede vraag is, misschien heb ik het gemist in het antwoord van de wethouder, is er nou ook sprake geweest uit het college dat er een zekere herplantplicht moet plaatsvinden? Maar dat heb ik misschien gemist. Mevrouw KOSTER (GL/PS): Voorzitter, de wethouder zegt nu toe, tenminste dat begrijp ik, dat er een soort schutting komt en daarmee zou het conflict met de buurman de heer De Koning over zijn. Nou als dat alles is, dan blijven wij op dit moment tegen dit voorbereidingsbesluit, want wij vinden die verharding daar en die twee containers absoluut niet passen daar in die omgeving, dus als het - 44 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 2000 | | pagina 125