31 augustus 2000
Heer KONING (CDA): Ik dacht dat ik antwoord gegeven had. Er is gevraagd, onze zorg is naar u toe
geventileerd, wat dat betreft had u kunnen reageren. Los daarvan voorzitter, denk ik in algemene zin
dat het voor een politieke partij altijd mogelijk moet zijn om na een periode van oppositie voeren
vervolgens ook bestuursverantwoordelijkheid op zich te nemen. Daarvoor zitje in de politiek. Dat
moet altijd kunnen. Het gaat in alle gevallen om het belang van de burgers van Soest en Soesterberg.
En ook GGS, want daar is natuurlijk mee gesproken, als één van de grotere fracties in deze raad, is
daarvoor in de politiek aanwezig, is actief in de politiek. Dithebben wij wel geconstateerd, dus
hebben wij daar ook het volste vertrouwen in voor de toekomst. Dan komt natuurlijk de vraag naar
voren zoals die ook in de pers gesteld is, naar de geloofwaardigheid. Nou ik denk dat als die houding
aanwezig is bij alle fracties, dat de geloofwaardigheid niet meer aan de orde hoeft te komen. De
geloofwaardigheid voorzitter, zit in het opkomen voor de belangen van onze gemeente, het nemen van
de verantwoordelijkheid die we moeten nemen. Natuurlijk hebben we samen over het tot nu gevoerde
beleid gesproken en ook de opstelling van GGS in deze aan de orde gesteld. Natuurlijk zijn er ver
schilpunten, maar dat gold ook voor het vorige college, PvdA, VVD, CDA. Ook toen was het niet
altijd dezelfde lijn die gevolgd werd. Wij hebben geprobeerd om die verschillen vast te leggen in een
aanvulling op het beleidsprogram 2000-2002, aanvullingen op het vorige beleidsprogram. Nogmaals,
een reactie van de PvdA met betrekking tot de opvolging van de afgetreden wethouder liet nogal lang
op zich wachten. Gelet op de grote urgentie van vervanging en bovendien de behoefte aan een breed
draagvlak en bestuurlijke slagvaardigheid vond het CDA het ook van het grootste belang om zo
spoedig mogelijk in die vacature te voorzien. Op basis daarvan, dus vanuit dat vertrekpunt, vanuit dat
gevoelen is GGS gepolst over de bereidheid verantwoordelijkheid te nemen in het college van B&W.
En tot ons genoegen heeft GGS daar constructief op gereageerd. Natuurlijk voorzitter, speelt de emotie
in de politiek ook een rol. En ik wil graag zeggen dat alle respect van ons uitgaat naar de fracties van
VVD en GGS. Dat men over de gevoeligheden van de afgelopen periode heeft kunnen heenstappen.
Dat men daarover heeft kunnen spreken. Dat men het belang van Soest zwaarder heeft laten wegen
dan misschien wel eigen frustraties ten opzichte van elkaar. Dat toont voorzitter, veel moed. Alle
waardering daarvoor.
De kanttekeningen, aanvullingen, hoe u ze ook noemen wilt, die vanavond uitgedeeld worden en
misschien al verspreid zijn onder de rest van de leden van de raad geven een beeld van geven en
nemen. Ik zou het geen compromis kunnen noemen, maar het is een kwestie van elkaar respecteren in
standpunten die in het verleden ingenomen zijn. Het geven en nemen komt van alle kanten. En
natuurlijk zullen anderen, misschien wel collega's, zoeken naar de overwinnaars en naar de verliezers.
Wie heeft het meest ingeleverd en wie heeft het meest binnengehaald. Laat ik in dat verband zeggen
dat er alleen maar winnaars zijn in dit proces. De opvolging kan nu snel geregeld worden. Verbreding
van het draagvlak, het bewijs van bestuurlijke slagvaardigheid en bovenal het nemen van bestuurlijke
verantwoordelijkheid. Wat wilt u nog meer voorzitter? Dank u wel.
VOORZITTER: Ja, die retorische vraag dat was een mooi slot van uw betoog in eerste termijn, meneer
Koning.
Heer VAN WU1JCKHUIJSE (GGS): Voorzitter, zoals de heer Krijger net opmerkte dat de WD nog
nooit heeft deelgenomen aan een college zonder CDA of een college zonder PvdA, heeft GGS nog
nooit deelgenomen aan een college met de VVD of met het CDA. Het is nog sterker, wij hebben nog
nooit deelgenomen aan het college. Wij hebben, toen wij 10 jaar geleden in deze raad kwamen, in
eerste instantie met verwondering en soms met grote verwondering daaraan volgend het politieke
proces vanuit de oppositiebanken becommentarieerd, gadegeslagen en geprobeerd van constructieve
argumenten te voorzien waarom respectievelijke colleges misschien een andere koers of een wat
andere koers zouden moeten varen dan tot op dat moment gebeurde. Wat zou dan aan overwegingen
aangevoerd kunnen worden, als je dat 10 jaar hebt gedaan, om op een avond in augustus 2000 te
komen tot een andere insteek, namelijk te overwegen als fractie om deel te nemen aan een college. Er
zijn er velen gepasseerd in onze fractie, er zijn ook velen gepasseerd in de diverse gesprekken die de
afgelopen dagen zijn gevoerd. Ik zou u er vier willen noemen.
- 6 -