20 april 2000
- 10 -
behandelen we hem ook zo uitgebreid, met elkaar kijken hoe we dat kunnen verfijnen, verbeteren, af
kunnen werken naar de volgende begroting en op die manier is er toch een heel duidelijk moment ook
om bepaalde zaken af te wegen. Dus ik zou het absoluut ontraden en ik proef ook gelukkig in de raad
daarvoor geen steun om op dit moment een dergelijke beslissing te nemen en ik stel me voor dat we bij
de belastingdiscussie genoeg stof met elkaar kunnen verzamelen dat we in september bij de
voorbereiding van de begroting heel duidelijk kunnen aangeven hoe ons belastingbeleid eruit zal gaan
zien in de komende jaren.
VOORZITTER: Dank u wel. Ik kijk even als eerste naar de heer Roest, in relatie tot de door u
ingediende motie. Zoals de beraadslagingen tot nu toe duiden vindt de motie onvoldoende steun in de
vergadering. Brengt dat u tot de overweging de motie in te trekken, aan u te houden of wenst u hem in
concluderende zin bij dit agendapunt recht te doen zodat ik hem daarin mee kan nemen.
Heer ROEST (D66): Had u daarover een gedachte in uw hoofd, voorzitter, wat ik zou zeggen?
VOORZITTER: Ik vroeg eigenlijk meer naar uw gedachte. Maar ik zou in de conclusie mee kunnen
nemen dadelijk bij dit agendapunt en dan doe ik de constatering dat de motie aan de orde is geweest
maar dat de conclusie is dat die onvoldoende steun heeft gevonden en daarmee niet aanvaard wordt als
die in stemming wordt gebracht.
Heer ROEST (D66): Voorzitter, laten we het zo doen. We handhaven gewoon de motie voor de
duidelijkheid en de motie wordt dan mogelijk door alle partijen verworpen, ik heb nog één technische
vraag aan de wethouder van financiën, betekent het dus omdat ik het ten dele van het resultaat zou
afhalen, het jaarresultaat, betekent het dus ook dat ik in feite dus zo meteen net als GGS tegen de
jaarrekening zou moeten stemmen. Is dat zo?
Wethouder BLOMMERS: Dat lijkt me volstrekt overbodig. Ik denk dat ook GGS rustig voor de
jaarrekening kan stemmen. Het enige waar zij waarschijnlijk hun goedkeuring aan onthouden is de
wijze van de besteding van het overschot. Maar aan de jaarrekening zelf, daar is geen enkele reden
waarom u daar uw goedkeuring aan zou onthouden. Een prachtige jaarrekening.
VOORZITTER: Ik ga over tot het afconcluderen van dit agendapunt. Er is een motie aan de orde
geweest van D66 die wordt geacht te zijn verworpen gelet op de beraadslagingen omdat er
onvoldoende steun voor de motie is. Daarnaast is aan de orde het vaststellen van het jaarverslag
inclusief de verwerking van het resultaat, waarbij ik heb begrepen dat de raad instemt met het voorstel
zoals verwoord door het college met inachtname van de kanttekening dat de fractie van GGS wordt
geacht te hebben tegengestemd.
Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): Tegen de bestemming van het resultaat. De wethouder heeft de
maximale ruimte gezocht en gevonden.
VOORZITTER: En u hebt hem geschonken, waarvoor veel dank.
Unanimiteit over de vaststelling van de jaarrekening en het jaarverslag met inachtname dat omtrent de
bestemming van het jaarresultaat de kanttekening wordt gemaakt dat de fracties van D66 en GGS
worden geacht te hebben tegengestemd.
Het voorstel (RV 00-45) wordt aangenomen met de kanttekening dat de fracties van D66 en GGS
geacht willen worden tegen de bestemming van het jaarresultaat te zijn.
6. Vaststellen van de voorjaarsnota 2000