Raadsvergadering 18 april 2002
-22-
En als het college een aantal punten laat liggen en het niet noemt in de verklaring, dan denk ik: nou
dan zit er dus voor de raad de uitdaging om te zeggen: college, u heeft het niet over cultuur gehad -
wij misschien in het raadsprogramma ook niet - maar we gaan als raad eens gewoon komen met een
voorstel inzake cultuur of wat voor item we ook kunnen verzinnen. Dus ja, ik bedoel, datgene wat niet
voltallig is, of niet volledig is, kan door de raad aangevuld worden. Nogmaals, ik zou in de commissie
Bestuurlijke Vernieuwing graag dan een soort voorstel zien komen inzake de collegeverklaring, hoe
we daarmee om kunnen gaan. Dank u.
Heer ROEST (D66): Dat neemt niet weg, inhakend op het betoog van mevrouw Huberts, dat de kern
van dit stuk natuurlijk een signaal moet geven: waar gaan we aandacht aan besteden. En dat heb ik
hogelijk gewaardeerd. En als je het over cultuur hebt, dat dat het moment was geweest om toch dat aan
te geven. Als we het over cultuur hebben hadden we kunnen zeggen: particuliere initiatieven zoals met
Cabrio en Artishock willen we in de toekomst verder ondersteunen. Je had een vergelijking kunnen
geven. Sport is bijvoorbeeld wel genoemd hè, twee keer. Sport in wijken en sportgebouwen. De
begroting van sport en cultuur, dat is een discussie die we later zullen hebben, die zijn helemaal niet in
evenwicht met elkaar. Als college zou je kunnen zeggen: nou, dat is ons toch een lief ding waard om
verder te gaan met het cultuurbeleid wat de afgelopen 4 jaar trouwens behoorlijk gestalte heeft
gekregen. En ik vind dat dat best in deze verklaring had gemogen, en dat wil ik hier toch nog wel even
stellen.
Dan nog even naar de opmerking van de heer Van Wuijckhuijse. Dan kom ik een beetje op voor mijn
buurman. Het gaat over een andere manier van omgaan met elkaar, vraagt hij. Ik moet vaststellen dat
sinds GGS een andere verantwoordelijkheid heeft gekregen in dit college, zij daarmee ook methoden
van vroeger die zij dus hier gebruikelijk op nog veel ruimere wijze hebben gehanteerd, hebben
afgezworen, en niet de ruimte laten voor andere partijen, watje er ook van mag denken. Ik vind een
reactie op zijn plaats van de heer Van Wuijckhuijse. maar ik vraag me af of dit de nieuwe invulling is
van zijn nestorschap in deze raad, en dat zou ik eigenlijk niet echt waarderen.
VOORZITTER: Wie nog meer van de zijde van de raad? Ik denk dat van onze kant terughoudend in
afrondende termijn gereageerd wordt, omdat gezegd is wat gezegd is. En ik denk dat het bij iedere
fractie, in die zin is het denk ik een hele goede gedachte, maak gebruik van de documenten en dus ook
van deze verklaring op de momenten die u daarvoor het meest geschikt acht, en dat kan
voorjaarsoverleg of najaarsoverleg zijn, zijnde de begrotingsbehandeling. En dan laat het zich nu
aanzien dat u daar niet op separate wijze over spreekt, of het moet zijn aan de hand van de planning als
dingen wat later dan gedacht in commissieverband aan de orde komen. Ik kijk even nog naar de andere
leden van B&W of er behoefte is om te reageren. De heer Krijger in afrondende zin.
Wethouder KRIJGER: De heer Koning vroeg het, en kan het ook verwachten. Ik heb een hele korte
reactie op zijn tweede instantie. Zijn laatste zin is: voorbereidend werk verrichten. Dat is begonnen. En
wat dat betreft is het gericht op datgene wat u wil en wat wij willen.
VOORZITTER: Volgende beraadslaging. We kunnen de verklaring voor kennisgeving aannemen
zoals die bedoeld is en de komende tijd ermee doen wat ermee gedaan kan worden.
De collegeverklaring over uitvoering raadsprogramma 2002-2006 wordt voor kennisgeving
aangenomen.
7. Voorstel tot het gewijzigd vaststellen van het bestemmingsplan Klaarwater 2002
Het voorstel (RV 02-29) wordt zonder discussie unaniem aangenomen.
8. Haalbaarheidsonderzoek herontwikkeling Dorpsplein e.o. te Soesterberg
VOORZITTER: Het is goed om nog even vooraf op te merken dat de heer Nijhoff wordt geacht niet
aan de beraadslagingen en besluitvorming mee te doen en te hebben meegedaan vanwege zijn
betrokkenheid als bestuurslid van de Drie Eiken. Daarover heeft vooraf overleg plaatsgevonden.