Raadsvergadering 12 september 2002
- 18-
buurtpark is. maar dat het gewoon veel groter ligt. Straks met de bouw rond het BEC en dergelijke
zullen wij uw steun hard nodig hebben.
Heer KOORING: Ik wil graag de volgende opmerkingen kwijt. Ten aanzien van dat antwoord van de
heer Krol: ik krijg de indruk dat we eerst een potje hebben en dan projecten erbij gaan zoeken. Ik vind
dat een beetje vreemd. Ik denk dat je eerst iets moet entameren en dan later denkt: hoe ga ik dat
financieren en kan ik dat eventueel uit een subsidie halen? Ten aanzien van het antwoord van de heer
Witte, die heeft het iedere keer maar over een enorme ruimte en die maakt dan weidse gebaren en de
Van der Huchtschool mag niet klagen. De Van der Huchtschool mag zeker niet klagen met de
faciliteiten die zij nu hebben voor hun kinderen. Qua speelruimte binnen hun eigen grens die zijn
minimaal en die voldoen volgens mij niet aan de normen. Vandaar die uitwijkmogelijkheden in de
huidige voorziening, die is daar prima voor. Die wordt alleen maar verkleind. Er blijft een veldje over
van 30 bij 30 meter om te kastiën en te slagballen en andere sporten te doen. De rest is een kooi en
water. Dan wil ik ook nog vragen en dat kwam o.a. bij de heer Lemmen ter sprake. Hij had het over
het evaluatieverslag van de huiskamergesprekken of van de voorgaande zaken. Ik heb begrepen dat die
verslagen niet openbaar zijn en ik zou hierbij eigenlijk het college willen verzoeken dat verslag van
die evaluatie van die gesprekken, waar wij aan deelgenomen hebben, bij ons openbaar te maken.
Dan heb ik van mevrouw Gastelaars begrepen dat het jeugdwerk iets gaat doen in het nieuwe park. Ik
vraag me dus af waarom het jeugdwerk nog niet bezig is iets op het bestaande veldje te doen. Ruimte
genoeg, er is een basketbalveld. Ik zie er echter niemand verschijnen. De heer Lemmen hoorde ik een
bedrag noemen van 10.000,- voor een schuilvoorziening. In de commissievergadering heb ik gepleit
om inzage te krijgen in de raming van het park. Helaas is die niet openbaar voor de gewone burger. Nu
gaan er plotseling getallen over de tafel. Ik zou graag nogmaals een verzoek richten om die getallen
voor de gewone burger wel openbaar te maken.
VOORZITTER: Wilt u komen tot een afronding, meneer Kooring.
Heer KOORING: Ja, ik zal mijn best doen. Mevrouw Huberts vindt een kooi niet mooi maar wel
praktisch. Wij vinden een kooi ook niet mooi maar zeer onpraktisch, want in die kooi kan je maar één
sport beoefenen. In een kooi zitje opgesloten. Als er conflicten uitbreken tussen partijen die van
dezelfde kooi gebruik willen maken dan creëer je een aantal problemen. En een kooi, ik wil het
nogmaals memoreren, die komt er alleen maar omdat er water is. Zonder water geen kooi.
VOORZITTER: Dank u wel meneer Kooring.
Heer KOORING: Ik wil nog graag een aantal
VOORZITTER: Het spijt me verschrikkelijk voor u, maar de regels zijn voor u dezelfde als voor alle
andere insprekers en uw termijn van drie minuten is helaas op dit moment verstreken.
Heer KOORING: Is er misschien één van de andere insprekers die mij de tijd gunt, van de vorige
insprekers?
VOORZITTER: Meneer Kooring, ik denk dat we het gewoon hier even bij moeten laten.
Heer KOORING: Ik vind het heel erg jammer, maar goed.
VOORZITTER: Dan geef ik het woord aan mevrouw Stutterheim.
Mevrouw STUTTERHEIM: Communicatie, wat is dat moeilijk hè. Zelfs vanavond hier kom ik het
tegen. Iedereen heeft het over Smitsveen. Wie heeft het over Klein Engendaal? Ik hoor er niemand
over. Het wijkbuurtpark komt ook in Klein Engendaal. Is dit nu die communicatie die we hier hanteren
in Soest? Dit is wat ik nu bedoel. Allemaal, hier in het cirkeltje, hebben het hierover. Niemand komt
op het idee, die mensen die daar wonen, te horen. Die willen ook gehoord worden. Is de jeugd
gehoord? Het is ook hun park. Niet alleen van Smitsveen. En dat is nu wat ik bedoelde met de