Raadsvergadering 12 september 2002
wij wel voor het plan zijn, maar niet voor de omvang van het geld. Ik nodig nog andere fracties uit om
te reageren op het voorstel om het te beperken tot de helft van het oorspronkelijke bedrag. Mocht daar
geen toezegging van het college voor komen, of er geen meerderheid voor zijn, dan zullen wij toch
nee zeggen tegen dit voorstel.
Mevrouw VAN ROOMEN (CDA): Voorzitter, ik heb met verbazing even geluisterd over het duale
stelsel wat hier niet van toepassing zou zijn. Het schijnt zo te zijn dat als je voor iets bent, dan is het
gelijk niet duaal, als collegepartij. Ik betreur het. Ik denk dat we daadwerkelijk op inhoud met elkaar
geargumenteerd hebben, daar een stelling in nemen en ik vind het jammer als je dan iedere keer dat
soort argumenten krijgt. Dan denk ik: laten we het toch over inhoud hebben en niet op die manier.
Even naar de fractie van de PvdA toe. Ik heb gehoord dat u zegt: laten we het voor 325.000,- doen.
Het roept bij mij een soort koehandel op. U heeft eerder geroepen dat u wat geld ervan af wil. Waar is
dat op gebaseerd. Wordt het van schiet maar raak en kijk maar waar we uitkomen. Ik denk niet dat het
zo werkt. Er is een plan gemaakt, er is een begroting gemaakt en ik vind het wat eenvoudig om nu zo
maar te roepen van: nou, laten we het maar voor wat minder doen. Misschien kan het ook wel voor
275.000,- misschien kan het ook wel voor meer. Ik vind dat te eenvoudig, dus wat ons betreft blijft
het gewoon staan, zoals het voorstel staat.
Heer NIJHOFF (Soest 2002): Dat er wat moet gebeuren in de wijk, dat is voor ons ook duidelijk. Dat
je dat van ISV-gelden kunt doen, dat is ook aangegeven. De ISV-procedure werkt met projectplannen
die je van tevoren in gaat schieten, waarvan je aangeeft wat daar gaat gebeuren, lijkt mij. De pot was
één miljoen gulden voor deze wijk, hoorde ik van wethouder Witte. Als hier dan 4,5 ton van afgaat,
voor dit deel van het ISV-budget dan blijft er maar weinig over voor de rest. Ik zou graag zien op
welke onderdelen er elders wordt bezuinigd.
VOORZITTER: Dank u wel meneer Nijhoff. Ik begrijp dat de heer Middelkoop daar nog wat aan toe
wil voegen?
Heer MIDDELKOOP (Soest 2002): Ja, inderdaad. Wij hebben een beetje een duo-rol afgesproken.
VOORZITTER: Ook een duale rol?
Heer MIDDELKOOP (Soest 2002): Ja, dat was het eerste woord dat ik opschreef, en ik durf het ook
wel te zeggen, ofschoon mevrouw Van Roomen vindt dat dat eigenlijk hier niet meer zou moeten
gebeuren, wat ik met haar eens ben, maar dan moet het niet meer nodig zijn. Als er zo'n discussie als
deze over zo'n belangrijk onderwerp waar zoveel burgers zo nauw bij betrokken zijn, als die hier
gevoerd wordt, dan denk je: ja, wij dachten in eerste instantie: dat is heel veel geld en kun je daar wel
voor zijn, maar wie ben je als je niet open zou staan voor goede argumenten? En wat denk je dan? In
deze raadsvergadering zullen ongetwijfeld een hele hoop goede argumenten naar voren gebracht
worden. En wie weet zou je je kunnen laten overtuigen. Ik moet zeggen dat ik van Groen Soest een
niet alleen heel duidelijk verhaal maar een ook mij aansprekend verhaal heb gehoord, gebaseerd op
feiten. En datzelfde geldt voor het verhaal dat D66 heeft afgestoken. Als ik dan luister naar het verhaal
van de VVD dan zeg ik: ja, wat kan ik ermee? Het is vaag, het is wazig. Als ik naar de
overtuigingskracht van het CDA luister, dan denk ik: ja, die zeggen in drie woorden heel makkelijk dat
ze akkoord zijn. Als GGS zegt, en dan praat ik nog over een partij die het helemaal steunt, die zegt:
het is een verrijking van het leefklimaat, dan zeg ik: wij hebben hier allemaal mondige burgers. Wij
praten over het buurtpark dat naar de cijfers aangeven voor 90% tegen is, moeten wij dan in onze
wijsheid zoals mevrouw Huberts ook zegt: wij moeten voor heel Soest besturen, maar moeten wij dan
als de buurt tegen zo'n buurtpark is zeggen: het verrijkt hun leefklimaat.
Mevrouw HUBERTS (VVD): Voorzitter per interruptie. De heer Middelkoop geeft aan dat het verhaal
van de VVD warrig is en wazig is. Ik denk dat wij een aantal dingen heel duidelijk hebben
aangegeven. U mag het best niet met ons eens zijn, maar benoemt u dat dan zo. En ik denk dat het ook
goed is dat we ook in de raad proberen om met respect te kijken naar ieders mening en de toonzetting
in deze van u bevalt me helemaal niet. Dank u wel.