-46- Mevrouw MANN (GL): Voorzitter, geen behoefte aan de motie, maar ik vind toch wel dat er natuurlijk wel iets aan de hand is en waarom dan niet een keer bij een volgende commissievergadering dit op de agenda zetten, waarom de dingen toch niet lopen zoals ze zouden moeten lopen. Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): Maar wat is er dan aan de hand? Wilt u mij vertellen waar die hele verloedering is, waar die vervuiling zulke vormen aanneemt dat we hier nu heel ongerust moeten worden en opdrachten moeten geven aan het college en weet ik het allemaal? VOORZITTER: Ja, maar dat doen we dus niet. We hebben het debat gehad. De redenering is uitgewisseld. Dit is de ronde van inventarisatie, motief, stemverklaring. De drang moet wel erg groot zijn wilt u hier weer afzonderlijk in derde termijn gaan discussiëren, want daar wilde u geen gebruik van maken. Dus dit is inventariseren met toelichting. Heer KONING (CDA): Wat ons betreft wordt dit onderwerp inderdaad meegenomen bij de discussie over normen en waarden en de paraplu die inmiddels ontstaan is rond dat onderwerp. Dus wat dat betreft kan die daar een plaats in krijgen. VOORZITTER: Dan ga ik afconcluderen, want dan is de conclusie dat de motie verworpen is. Akkoord. Dan gaan we naar motie nr. 15, fonds kleine culturele activiteiten. Heer MIDDELKOOP (Soest 2002): In dit geval gaat de heer Koelewijn het doen, die heeft meer succes neem ik aan. Heer KOELEWIJN (Soest 2002): Na vijf keer nee, moet het toch een keer ja kunnen worden. Dus daar reken ik op. De motie op zich spreekt qua eenvoud en duidelijkheid voor zich. Het behoeft geen nadere toelichting. Ik wil er alleen dit op zeggen, dat het helemaal aansluit bij motie nr. 17 van GroenLinks. Wat dat betreft kan het wat mij betreft één motie worden. Alleen ik zou het bedrag toch willen handhaven, zoals wij dat hebben geformuleerd, omdat GroenLinks nog wat breder gaat. Wat hier staat is duidelijk. Voordat u dat gaat betrekken in het cultuurplatform waar wij ook voorgestemd hebben, een platform is over het algemeen toch een opstap, het woord platform zegt het al, je moet toch een stap omhoog. Ik heb zelf het cultuurdebat mee mogen maken in C-drie, en ik kan me toch niet helemaal aan de indruk onttrekken dat als we het over cultuur hebben en over culturele activiteiten, dat daar verschillend over gedacht kan worden, en dat er ook verschillende interpretaties mogelijk zijn. Ik bedoel met name zo'n kleine culturele voorzieningen voor de simpele amateurbeoefening van koren etc. En als dat later, die activiteiten moeten gelijk kunnen beginnen, dus niet afwachten tot er een cultuurvisie etc. is. Ik wil daarom de hele raad vragen deze motie van Soest 2002, en als mevrouw Mann daarmee akkoord gaat, gecombineerd met motie nr. 17, die zegt eigenlijk hetzelfde, unaniem te aanvaarden. Dan maakt u weer wat goed. Dank u wel. VOORZITTER: Dank u wel. U hebt de motie toegelicht. Ik geef het woord aan de raad. Heer ROEST (D66): Voorzitter, wij hebben aangegeven dat wij het belangrijk vinden dat er een potje onvoorzien ontstaat, als tegenhanger van de sport. Als je de verhoudingen deelnemers globaal ziet, dan denk ik dat het bedrag iets te hoog is. Wij hebben eerder gesuggereerd 5.000,-. Dat zou ik eventueel als amendement in willen dienen. Ik wil niet te krenterig zijn, maar het lijkt mij een goede start daar mee te beginnen en dan wachten we die cultuurvisie af en daar reserveren we dan ook zo'n potje onvoorzien in. VOORZITTER: Wat vindt u van de motie, bent u voor of tegen? Heer ROEST (D66): Ik heb een amendement op de motie, dus ik ben voor, maar ik heb een amendement qua bedrag aangebracht.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 2002 | | pagina 363