18
Een tweede opmerking is dat bij punt 4 van dat voorstel een aanduiding verkeerd staat. Daar wordt
gesproken van mevrouw Nijhoff, dat moet natuurlijk zijn de heer Nijhoff. Onze verontschuldiging
daarvoor.
En waar melding wordt gemaakt in het voorstel van mevrouw Koomen, moet gelezen worden
mevrouw Koomen-Beerman, omdat dat ook de gewenste naamaanduiding is.
Kunnen wij de stembiljetten ronddelen? Ik kijk even mee met het in ontvangst nemen van het
stembiljet, ik neem aan dat dat voldoende duidelijk is. De wethouders stemmen niet. Ik zou willen
vragen, gelet op de goede gang van zaken bij een eerdere stemming, of ik de heer Bervoets en
mevrouw Mann mag vragen zo dadelijk als commissie van stemopneming te willen fungeren.
Dames en heren, ik zou melding willen maken van de uitkomst van de stemming, maar allereerst de
commissie van stemopneming willen danken voor de werkzaamheden die verricht zijn. En ik kan u
meedelen dat bij alle 27 ingevulde stembiljetten er conform het voorstel is gestemd. En aldus kan de
raad besluiten conform het voorstel tot benoeming van commissieleden en vertegenwoordigers in
gemeenschappelijke regelingen.
Het voorstel wordt unaniem aangenomen.
14. Bestuurlijke vernieuwing - bespreking eindrapport werkgroep bestuurlijke vernieuwing
en aanbevelingen klankbordgroep
VOORZITTER: Ik heb het al eerder genoemd, ook bij de ingekomen stukken, agendapunt 4 de TOSS,
en nu het onderwerp bestuurlijke vernieuwing, het eindrapport, wat in feite natuurlijk besproken is ook
bij de inspraak en bij agendapunt 5. Ik zou met inachtname van die besprekingen voor willen stellen
het ter kennisname te nemen, omdat er in voldoende mate denk ik over het onderwerp vanavond
gesproken is. Is dat akkoord? Nee? Ik geef het vrij voor bespreking.
Heer KOELEWIJN (Soest 2002): Voorzitter, in het begin van deze vergadering was ik even heel blij,
want ik dacht dat het de heer Witte was, die noemde op een gegeven moment het woord:
communicatie is contact. In mijn naïviteit en in mijn nieuw hier zijn, verstond ik dat als communicatie
is compact. En daar ben ik enigszins vanavond in teleurgesteld. Want het is vrij breedsprakerig
geweest, vond ik. Ik heb een compact verhaaltje geformuleerd ten aanzien van het punt bestuurlijke
vernieuwing. Het rapport van de burgerwerkgroep Bestuurlijke Vernieuwing, onderverdeeld in een
aantal deelwerkgroepen, heb ik uitvoerig bestudeerd. Het is in zijn totaliteit een dermate complex
verhaal geworden, dat het onmogelijk is om alle details in een kort tijdsbestek te bespreken en zeker
niet mogelijk om hier een beslissing over te nemen. Het zwaarst aangezet in een gebiedende-wijs-
vorm zijn de aanbevelingen van de deelwerkgroep 'Het Fundament'. Blijkbaar niet onopzettelijk, ook
op zwaarder papier gedrukt dan de rest. Iets anders van toonzetting zijn de aanbevelingen van de
andere deelwerkgroepen. Maar bij allen is duidelijk sprake van een grote gedrevenheid en een inzet
om tot resultaten te komen. Wij vinden dat heel veel waardevolle aanbevelingen en suggesties worden
gedaan die in de komende beraadslagingen meegenomen moeten worden. Naar onze mening was het
wellicht beter geweest om aan het eind een samenvatting te maken van alle deelwerkgroepen bij elkaar
en daarbij een prioriteitenlijst van die aanbevelingen die als eerste opgepakt zouden moeten worden.
Veel van de geopperde aanbevelingen hebben zij, het was misschien wat anders verwoord, maar die
hebben heel veel overeenkomst met elkaar. Dus de aanbevelingen van de vier werkgroepen op zich.
Wij vinden de formulering van de deelgroep 'Het Fundament', zoals neergelegd in een doelstelling,
een goed uitgangspunt. Het opstellen van aanbevelingen tot herstellen van geloof en vertrouwen in de
democratische werking van het bestuur, ter bevordering van een kwalitatief beter functionerende
samenleving. Wij willen dan ook voorstellen een besluit te nemen dat wij op hoofdlijnen achter de
intentie van dit rapport staan, en dit rapport als een leidraad, als een handboek, gebruiken bij de
besprekingen in de raadscommissie Bestuurlijke Vernieuwing. En daarbij lijkt het ons gewenst dat een
vertegenwoordiging uit de werkgroep daarin participeert.
Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): Voorzitter, ik zal het ook proberen compact te houden. De
materie, zoals die is voorgelegd vanuit de burgerwerkgroep met zijn deelgroepen is inderdaad