Raadsvergadering 22 mei 2003 -4- Ra; formuleren. En dat doen we gezamenlijk. Volgende week vindt er ook gezamenlijk overleg plaats als startpunt. Het kan zijn dat ieder toch een eigen reactie doet, maar dat we ook iets gemeenschappelijks doen. En dat is provincie Utrecht, gemeente Baarn, Stichting Behoud Molendael en de gemeente Soest. Die hebben midden volgende week op het Provinciehuis overleg om te kijken hoe we zo effectief mogelijk hierop een reactie kunnen geven. Daarmee geef ik u eigenlijk op een aantal vragen antwoord. De second opinion is een punt van overweging, wat ook midden volgende week aan de orde komt. Kijk, voor ons lijdt het geen twijfel dat gewoon fundamenteel het voornemen afwijkt van het rapport Kraaijeveld-Wouters. Maar wij hebben het al zo vaak gezegd dat het fundamenteel afwijkt. En dat is tot nu toe niet effectief gebleken. Dus het kan verstandig zijn, maar dat is nog even de vraag, het is een afweging die we in alle zorgvuldigheid willen doen, het kan een afweging zijn gewoon terug te gaan naar degenen, de commissie van wijze mensen, die destijds gewoon gezegd hebben: en zo moet het er eigenlijk uit zien en zo kan het ook. Naar een ander hoeven we niet te gaan, want de commissie was helder genoeg wat dat betreft, de commissie Kraaijeveld-Wouters, maar het kan wel zijn dat we volgende week in die richting in ieder geval wel actie ondernemen. Wat zou u kunnen doen? Dat vraagt u ook. Ik denk dat het enige wat eraan te doen is, de politiek mobiliseren, dat is de politiek lokaal, regionaal, en landelijk. Dus ik zou u in overweging kunnen geven om uw kanalen te benutten om daar hele krachtige signalen af te geven. En wat gemeentes samen doen, dat kunt u ook als raad gezamenlijk doen, op allerlei manieren. Daar moet u denk ik zelf invulling aan geven, maar ik denk dat de Vaste Kamercommissie Volksgezondheid, waar ziekenhuisvoorzieningen dicht bij de mensen, zo moet ik het eigenlijk formuleren, een heel belangrijk politiek punt zijn, en dat die het eventueel kan interveniëren richting de minister en hopelijk voordat het bestuur het besluit genomen heeft. Ik kijk even naar uw vragen. Dus ja, de komende 6, 7 weken moeten we gewoon heel goed benutten. Daar komt het in feite op neer. Tot zover een eerste reactie. Ik geef het even vrij weer voor bespreking. Wie? Bent u goed geïnformeerd? De stukken komen ter inzage, de brieven van de minister, twee brieven van de Provincie, mede geschreven namens Soest en Baarn, en het voornemen van het besluit, en als het verslag van het stakekholdersoverleg er is, wordt het ter inzage gelegd. Heer KONING (CDA): Dank u voor de beantwoording, voorzitter. U hebt zeer snel gereageerd op de situatie, dus wat dat betreft alle waardering daarvoor. Die waardering komt niet alleen van onze kant, maar ook van buiten de raad heb ik die waardering mogen aanhoren. Wat dat betreft alle complimenten daarvoor. Ik zou toch graag bij mijn collega's, dus bij de andere fracties willen sonderen of er behoefte is aan een uitspraak van de raad. Nogmaals, wij hebben wel een tekst voor ons liggen, maar het is natuurlijk wel belangrijk dat zo'n uitspraak ook breed gedragen wordt. Als het alleen gedragen wordt door een kleine meerderheid, dan hebben wij geen behoefte om nu een motie in te dienen. Dus dat wil ik graag vooraf even sonderen bij andere fracties. Voor de rest dank voor uw beantwoording en voor uw inbreng. VOORZITTER: Wordt het algehele gevoelen gedeeld? Kunt u daar op reageren? Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): Dank u wel voorzitter. Goed dat de heer Koning de vraag heeft gesteld. Wij zien de motie graag tegemoet. Wij denken dat de raad tot een krachtige uitspraak moet komen. Overigens vinden wij dat al een hele tijd. Wij zijn bijzonder teleurgesteld in de manier waarop de Raad van Bestuur van de ziekenhuizen opereert. Dat hebben we eerder ook niet onder stoelen of banken gestoken, maar het blijft maar doorgaan. Het blijft ook op deze manier doorgaan. Het is zeer, zeer onzorgvuldig. We vragen ons ook af, en we begrijpen dat uw insteek in deze natuurlijk een bestuurlijke is, u hebt ons er ook wei eens op gewezen dat dat de goede weg is, om het op die manier te doen, of je op dit moment ook niet moet zeggen, gelet op de handelswijze van de Raad van Bestuur of je de Raad van Toezicht maar niet eens een keertje moet uitnodigen, om daarmee van gedachten te wisselen over hoe je hier in Soest tegen ziekenhuisvoorzieningen aankijkt. Dit is toch ook niet één of ander ontwikkelingsland, overigens daar heb je ook tegenwoordig in plaatsen van 45.000 inwoners gewoon normale voorzieningen in de zin van polikliniek en ziekenhuizen, en wij denken dat het moment waarbij we rustig met de Raad van Bestuur in gesprek blijven, voorbij is.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 2003 | | pagina 121