-36- Raadsvergadering 6 oktober 2003 (begrotingsraad) -37- Mevrouw MANN (GL): U kijkt met een gezicht van: nou, nou, zeg. Maar u bent zo goed met financiën, ik dacht, u kunt mij dat ook gewoon even met een paar Hollandse zinnen uitleggen. Zo los van het papier. VOORZITTER: De heer Van Wuijckhuijse is daar niet toe te verleiden blijkbaar? Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): Ja, ik wil het mevrouw Mann natuurlijk wel proberen uit te leggen, maar dat heb ik ook gedaan toen we de Voorjaarsnota hebben behandeld, en we hebben het hier ook nog een keertje opgeschreven. Concreet wordt er nu voorgesteld om de OZB met 8% te verhogen. Ons voorstel is om 2% als inflatiecorrectie daarvan te beschouwen en als verhoging door te voeren. Niet doorvoeren 2%, dat is het niet doorvoeren van de prijscompensatie in de begroting, het verminderen van politiesurveillanten, ongeveer ter hoogte van 1% OZB en een taakstelling voor het ambtelijk apparaat ongeveer 3% OZB. En daarmee is het dan 8% min twee, min één, min drie is twee procent geworden. Mevrouw HUBERTS (VVD): Ik geloof niet dat mevrouw Mann overtuigd is. Ik ben het ook niet. Maar inderdaad. Met GGS zijn we benieuwd naar het fenomeen bestuurlijke boetes. Als dat zijn intrede gaat doen, dan denken wij dat er inderdaad middelen voor preventie moeten zijn, maar daarnaast dat ook onze politiesurveillanten mogelijk daaruit gefinancierd worden. Daar houden we aan vast met het idee dat je die politiesurveillanten gewoon beter als gemeente moet aansturen. En wij hebben vorige week van de heer Ouwerkerk gehoord dat daar nog een legio mogelijkheden voor zijn. Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): Dat proberen we al jaren in Soest. Maar het is elke keer weer dezelfde discussie. Dat wordt niks. Mevrouw HUBERTS (VVD): Misschien hebben we het niet goed gedaan. Eén keer moetje toch tot inkeer komen. Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): Denkt u dat ook ten aanzien van de taakstelling voor het Gewest? Mevrouw HUBERTS (VVD): Ten aanzien van de taakstelling voor het Gewest denk ik dat we eerst het college maar eens moeten volgen. Er komt een onderzoek en ik denk dat dat gewoon de weg is om daarmee om te gaan en om daar nu zonder meer een kordate reactie op los te Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): Dat doen we ook al jaren en daar komt ook niets van terecht. Mevrouw HUBERTS (VVD): Nee, dat zou kunnen. Dan geef ik ze nu nog één keer de kans. Maar u geeft net aan als reactie op de fietsbrug over de Eem: u moet daar geen kader aan vastkoppelen, en dan zie ik in één keer weer de wipkippen van Soest-Zuid oprukken. Daar hebben we tijden lang een bedrag van 50.000,- voor gereserveerd om die wipkippen ergens geplaatst te krijgen, nou hier kon het niet en daar kon het niet, en dat willen we met die fietsbrug over de Eem dus gewoon niet. En ik denk dat het dan heel terecht is daar waar er al een jaar overlegd wordt over deze brug, dat daar gewoon aangegeven wordt dat wij als Soest het zat zijn om die middelen daarvoor te reserveren als daaraan geen vervolg gegeven wordt. Dus wij denken nog steeds dat het goed is om dat kader eraan toe te voegen. Heer KOELEWIJN (Soest 2002): Voorzitter, mag mevrouw Huberts even uitleggen wat wipkippen zijn, want dat weet ik echt niet hoor. Mevrouw HUBERTS (WD): Gaat u eens op Soest-Zuid kijken, bij de kinderspeelplaatsjes ziet u ze allemaal staan. Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): In Soest-Zuid staan ze dus juist niet.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 2003 | | pagina 242