-24- Raadsvergadering 8 oktober 2003 (begrotingsraad) -25- ik niet of die mensen nou onder dat protocol vallen. Ik heb een brief gekregen van een mevrouw, hier uit Soest, en ik heb begrepen dat deze zelfde brief ook aan de heer Krijger is gestuurd en die mevrouw zegt: ik kan absoluut geen gebruik maken van openbaar vervoer, van openbare voorzieningen. Ik heb een hersenaandoening, waardoor geluid 50 maal zo hard op mij afkomt als bij de normale mensen. Ik kan niet met meer dan één mens tegelijk in mijn omgeving. En die 83,- in de maand maakt het me nou net mogelijk om een eigen autootje te hebben en dan ook nog eens een keer, zonder openbaar vervoer, een familiebezoekje af te leggen. Als het voor deze mensen nou absoluut onmogelijk wordt, als we dat maatwerk nou niet kunnen leveren om deze voorziening in stand te houden, dan heb ik nog wel een motie klaar liggen. Maar ik wil daar graag een antwoord op hebben. Het tweede punt is: muziekschool, SKS, cliëntenraad, er is door verschillende fracties aangevoerd dat ze het teleurstellend vinden dat er niet van tevoren overleg heeft plaatsgevonden met deze organisaties. Net als Soest 2002 hebben wij in het voorjaar aangegeven: als het regent in Den Haag, druppelt het in Soest, stuur alle door ons gesubsidieerde instellingen een brief dat er een kans in zit dat er wellicht gesnoeid kan worden. Als dat gebeurd is, is volgens mij aan die eis voldaan. Aan de andere kant weten we hier in dit huis, omdat we ze subsidiëren, veel van de diverse organisaties en is er daarom hier in dit huis een keus gemaakt om sommige wel te korten, andere niet te korten. Voor ons is het heel plezierig om dan een aantal van die organisaties die gekort worden hier in dit huis te ontmoeten, want verder zien we ze niet zo geweldig veel, en dan van ze te horen wat ze ervan vinden. Het gevaar is dan ook dat deze mensen, deze organisaties onevenredig veel aandacht krijgen omdat zij nou toevallig tot die weinige behoren die komen inspreken. Uitgaande van het feit dat in dit huis toch vrij nauwkeurig bekend is hoe de verschillende instellingen ervoor staan, jaar in jaar uit wordt toch met een behoorlijk stuk gezond verstand tussen de instelling en de gemeente vastgesteld hoeveel de subsidie is, en als het wat minder moet, dan zijn ze hier in dit huis dacht ik het best in staat om te bepalen wie of wat. Ik heb er dus niet zo'n moeite mee om de voorstellen voor bezuiniging die er liggen, te handhaven. Politiesurveillanten, moet ik daar nog iets van zeggen? We hebben een aantal keren dat de politie bij ons in de commissie op bezoek komt en dat we eigenlijk teleurgesteld zijn als er weer vacatures niet vervuld zijn. Misschien moeten we in de komende commissievergaderingen blij zijn als vacatures niet vervuld worden. Aan de andere kant zitten we met een concreet contract met de politie, dus ik denk niet dat er op dit moment zo geweldig veel aan te doen is. RMN, daar heb ik nog wat over te zeggen, maar dat doe ik straks bij de moties wel. Dank u wel voorzitter. Heer ROEST (D66): Voorzitter, bedankt. Eerst ingaan op een punt van mevrouw Huberts, dat we op een andere manier moeten gaan bezuinigen. En er is net door de heer Van Vuuren ook nog iets over gezegd. Ik denk dat er inderdaad een goed inzicht is bij het college om aan te geven waar ruimte is, maar de raad moet ook richting geven. Dat hebben we ook gedaan. Er is een hele verzameling van voorstellen geweest van de raad, en daar heeft het college een keus uit gemaakt op basis van hun informatie. Dat neemt niet weg dat dat, en dat ben ik met mevrouw Huberts eens, het wat ons betreft in een eerder stadium zou kunnen, en ik denk ook dat er een vorm van reactie moet zijn. Een recht van reactie. Dat kan natuurlijk in deze vergadering, maar het blijkt in deze vergadering eigenlijk te laat. Want sommige insprekers konden ons niet een echte informatiebasis verschaffen, ook omdat ze dat medium niet kennen van hoe ga je met de politiek om. Daarom vind ik het, en die regel zou ik willen uitspreken, van fatsoen getuigen dat als je ook daadwerkelijk een bezuiniging op dat moment overweegt, datje daarvan een instantie in kennis stelt en dat dat niet via een ander kanaal binnenkomt. Dat is in ieder geval een punt en dan ook uitnodigen, net zo als je in een woonomgeving van mensen iets wilt veranderen, je stuurt ze een brief en je vraagt om te reageren. En dan kunnen wij als raad deze reactie hebben, van tevoren, en dan is onze informatiebasis om echt een besluit te nemen ook beter. Daar zou ik voor willen pleiten. Dat ter inleiding. Maandag heb ik gepleit voor 2% minder OZB-verhoging. Ik heb ooit in deze raad wel eens gepleit voor minder belasting, dat is niet goed bevallen. Ik dacht in dit geval, nou het initiatief moet liggen bij GGS en bij Soest 2002, en ik hoor helemaal niks. Dus ik ga het absoluut niet doen. Toeristenbelasting, daarvoor pleit mijn fractie voor doorgaan met het convenant. Waarom? We zijn tegen bureaucratie, we willen minder regels, minder tijd voor ambtenaren aan naleving en zo. We

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 2003 | | pagina 298