2 -
Raadsvergadering 23 januari 2003
-3-
Tevens dienen vernielde prullenmanden bij Hoogvliet vervangen te worden om zwerfvuil tegen te
gaan.
Tot slot: de RMN heeft mijns inziens toch een voorbeeldfunctie. Wat is de reden dat bovenstaande na
jaren ergernis niet te realiseren is? Zo kan ik nog wel even doorgaan, maar helaas, mijn tijd is te
beperkt. Toch heb ik er wel vertrouwen in dat de politiek dit probleem met afdeling Milieu, ambtenaar
de heer Dwilling, deze problematiek gaat oplossen binnen onze wijk.
VOORZITTER: Dank u wel. Ik stel het onderwerp aan de orde voor de leden van de raad. Ik weet niet
of één van u nog het woord wenst te voeren over de kaderstelling voor het gemeentelijk
afvalstoffenplan.
Heer BERVOETS (PvdA): Dank u wel voorzitter. Op zich hebben wij waardering voor wat er nu ligt.
We hebben nog wel een aantal kanttekeningen bij deze kaderstelling, deze eerste exercitie rond
kaderstelling. Wij vinden ten eerste de tijdplanning wat vaag. Het voorstel zal naar verwachting in
september aan de raad worden aangeboden. Dat is ons inziens te laat, omdat er namelijk ook nog een
begrotingsbehandeling aan zit te komen. En het verdient eigenlijk de voorkeur om het GAP, althans de
voorstellen vóór de begrotingsbehandeling te doen, zodat het nog meegenomen kan worden. Dat ten
eerste. Bovendien, en dat is eigenlijk het tweede bezwaar, de tweede opmerking die ik nog wil maken,
ontbreken er, en dan moet ik het eigenlijk vooral hebben tegen de collega-raadsleden, een aantal
criteria voor de beoordeling van voorstellen. En belangrijke daarbij zijn de kosten en de mogelijke
stijging van de afvalstoffenheffing. Vragen die bij ons zijn blijven liggen zijn: hoeveel zou de
afvalstoffenheffing mogen stijgen, dat is een criterium waar we nu eigenlijk niet goed over hebben
nagedacht, dat staat niet in de kaderstelling, welk maximum stellen we aan de kosten van een bepaalde
manier van afvalstoffeninzameling, dat soort zaken, maar ook rond de effectiviteit, de doelbereiking.
We stellen een aantal doelen, we willen iets voor elkaar krijgen, we willen iets gerealiseerd krijgen, op
basis van welke criteria beoordelen wij straks de effectiviteit van die afvalinzameling. Daar gaat het
eigenlijk om. Dus wij vinden dat we eigenlijk niet streng genoeg zijn geweest.
Heer ROEST (D66): Voorzitter, in de commissievergadering is eigenlijk niet heel erg inhoudelijk
gediscussieerd. Ikzelf had ook niet echt de tijd omdat ik pas terug was om het stuk tot me te nemen. Ik
heb er toch even over nagedacht. In de commissie stelde de ChristenUnie de terechte vraag: wat is
afval eigenlijk. En dat is toch een vraag die je op verschillende manieren zou kunnen beantwoorden.
D66 zou in het stuk zoals het nu ligt liever de burger centraal als eerste willen stellen, dat naar voren
hebben om pas daarna te praten over optimalisering. Dat lijkt ons logisch. Eerst dienen inwoners en
organisaties, bedrijven enz. aangesproken te worden op hun verantwoordelijkheid bij de productie, het
hergebruik en de scheiding van afval. En terecht vraagt u dus ook aandacht om bij de
beleidsvoorbereiding de inwoners daar goed bij te betrekken. Wat betreft het hergebruik willen we ook
in deze raadscommissie nog even aandacht vragen voor de inbreng van Spullenhulp in de commissie.
Twee punten met name van die inbreng spraken ons aan. Allereerst werd de waterdichte
afvalstoffenboekhouding aangemeld en één aanmeldpunt, waardoor het hergebruik kan toenemen. En
dat is natuurlijk een kernpunt van een kaderstelling, dat dat hergebruik kan toenemen. Dus dat punt
zou echt in het stuk moeten worden opgenomen. In het gepresenteerde stuk wordt ook terecht aandacht
gevraagd voor zwerfafval. Mevrouw Van Egdom had het daar net al over in de inspraak. En er wordt
vooral gesproken over zwerfafval bij wijkcontainers. Maar duidelijk is ook dat er ontzettend veel
zwerfafval is in de omgeving van snackbars en horecabedrijven. Wij vinden het dan op zijn minst ook
gerechtvaardigd om in deze notitie op te nemen dat ook die in de preventie worden betrokken en dat
daar afspraken over worden gemaakt met bedrijven.
Vervolgens willen we nog aandacht vragen voor een bovengemeentelijk aspect. Onze buurgemeente
Baarn kent een aanzienlijk stringenter beleid bij het ophalen en brengen van grof vuil. Ik doe dat zelf
zo'n vier keer per jaar en ik ben een heel merkwaardig mens. Als ik dan van de Schans afrijd, dan rij
ik zo over de Lange Brinkweg richting mijn huis, en dan kom ik langs de rotonde en dan rij ik achter
auto's aan. En van de vier keer is het me twee keer gebeurd dat ik dacht: hè, daar gaat een auto naar
rechts, bij de rotonde bij de Albert Heijn richting Baarn, rijen, rijen, rijen, nou dan zal die wel bij de
Noorderweg linksaf gaan. Niet. Door naar Baarn. Baarn heeft een veel stringenter beleid. Je betaalt
geld als het vuil wordt opgehaald, je betaalt geld als je het naar het afvalstoffenpark komt brengen.