Raadsvergadering 14 oktober 2004
Heer VAN VUUREN (CU/SGP): Nou voorzitter, als u dan zo expliciet en nadrukkelijk vraagt van wat
zou mijn standpunt zijn bij de uitslag van het referendum, weet u, het referendum stelt eigenlijk een
heel smalle vraag. Namelijk: hebben wij terecht dat voorkeursrecht gemeenten op die locatie
gevestigd. Daar kunnen we het met elkaar over hebben. We hebben in ieder geval unaniem als raad
gezegd: wij vinden dat een goed idee. En als er dan aan mij gevraagd wordt: maar stel nu eens dat een
meerderheid van de bevolking van Soest zou zeggen: wij vonden het niet zo'n goed idee. Wat zal dan
jouw standpunt zijn? Ik heb daar natuurlijk over nagedacht. En nou zitten we in het aardige jaar 2004
van Soest 975 jaar. Wij hebben daar een keer een heel gezellige feestavond met een concert en een
historisch verhaal gehad en daar werd onder andere gezegd: honderd jaar geleden, 1900, bestond Soest
uit 5.000 inwoners, had zeven schaapherders en één van die schaapherders, als die begon te lopen met
zijn schapen vanaf de Eng, kon hij ongehinderd doorlopen tot aan Leusden toe. Dat kan nu niet meer.
Het stikt van de wegen daartussendoor. Want we hebben in die afgelopen honderd jaar als mens
behoorlijk die natuur zitten doorsnijden met wegen. En langs die doorsnijdingen hebben we om toch
nog een beetje het gevoel te hebben in de natuur te wonen, allerlei prachtige landhuizen gezet met
nogal royaal hekken eromheen maar daardoor de echte natuurbewoners wat gehinderd in hun vrije
gang door de natuur. Dat brengt een groot gevaar met zich mee dat je genetisch moeilijke groepjes aan
dieren krijgt op diverse plaatsen in de provincie. En ik ben dus heel gelukkig met dat Hart van de
Heuvelrug, omdat we daarmee recht gaan doen aan zowel de bevolking die woont in Nederland en in
het gebied van Hart van de Heuvelrug, maar ook recht gaan doen aan de natuur en de bewoners. Zelfs
al zou de bevolking van Soest in meerderheid zeggen: wij vinden het geen goed raadsbesluit geweest,
dan zal ik op dat moment toch opnieuw op dezelfde wijze mijn instemming betuigen bij het
voorkeursrecht gemeenten. Dank u wel.
Mevrouw VAN ROOMEN (CDA): Er wordt gevraagd waarover we willen spreken in het referendum.
Wat het CDA betreft hebben we het over het raadsbesluit. Dat betekent aanwijzing gronden waarop
het voorkeursrecht gemeenten van toepassing wordt verklaard. Dat is voor wat het CDA betreft de
insteek van het referendum, en daar gaan we met elkaar over praten. De initiatiefgroep heeft
daaromtrent het referendum ingesteld, dus daarover gaan we met elkaar in gesprek. Het
bestemmingsplan Hart voor groen, dat is het moment voor de inhoudelijke discussie wat doen we met
het hele Hart-van-de-Heuvelrug-project en daar komt alles inhoudelijk aan de orde. Wat ons betreft is
dat de insteek.
Heer MIDDELKOOP (Soest 2002): U wilt op twee vragen een zo duidelijk mogelijk antwoord,
voorzitter. Wij als Soest 2002 zeggen datje toch zeker naar een bredere interpretatie moet, want we
weten allemaal dat het voorbereidingsbesluit onlosmakelijk verbonden is met ecoduct en Hart vans de
Heuvelrug. Dus om te zeggen: als het voorbereidingsbesluit wordt verworpen, dan kun je daarna nog
alle kanten uit, ik denk datje in de voorlichting ook heel duidelijk moet aangeven waar het om gaat en
datje natuurlijk niet kunt zeggen: als het voorbereidingsbesluit verworpen wordt en de raad zou
zeggen: dan moet het er maar af, dat er voor de rest niets gebeurt. Ik denk datje een eerlijke
voorlichting, dat geeft u ook aan in uw toelichting en in het stuk zelf, moet geven.
In de tweede plaats: hoe ga je om met de uitslag van het referendum. Wij hebben in de eerdere
discussie in het kader van Hart van de Heuvelrug duidelijk aangegeven dat we daar veel moeite mee
hebben en ik vind datje als politieke partij, als je ruimhartig hebt gezegd met elkaar: wij zijn
voorstander van een referendum. Soest heeft dat uitgesproken, datje niet op voorhand moet zeggen: ik
handhaaf gewoon mijn oude, eerder genomen besluit. Dat gaat voor mijn gevoel op gespannen voet
staan met de democratie. Met andere woorden: Soest 2002 zal bij een duidelijke uitslag van het
referendum dat zwaar, zeer zwaar laten meewegen in haar standpuntbepaling. Dank u wel.
Mevrouw VAN ROOMEN (CDA): Voorzitter, ik was zonet nog één vraag vergeten. Er staat in dat de
kosten 120.000,- zijn, dat is zonder de ambtelijke kosten, neem ik aan, die daar ook behoorlijk wat
uren in steken. Hebt u een indicatie wat daar voor aantal uren aan besteed wordt en wat dan het
totaalbedrag gaat worden?
Heer VAN GEET (VVD): Voorzitter, dank u wel. In juni is door de raad het besluit genomen, en wel
een besluit aanwijzing ter weerszijden van de Amersfoortsestraat waarop de Wet voorkeursrecht