Waar de zee aan de kustlijn knaagt Om het behoud van de Wadden-eilanden Naar Parijs De eeuwige worsteling tusschen Mensch en Oceaan D ij k e n beschermen thans de groene eilanden Jaar in, jaar uit schuiven zich de dijk- kringen dieper de grijze waddenzee in. Eens zullen ze zich ook beschermend om de laatste eilanden leggen en dan zal het grootsche werk der landaanwinning zijn voltooid. Men verwacht in Parijs, dat de wereld tentoonstelling minstens 60 millioen bezoe kers zal trekken. En volgens onze meening is dat nog een zeer bescheiden schatting. Reeds de tentoonstelling van het jaar 1389 zag meer dan 30 millioen toeschouwers bin nen haar muren en hoe waren in dien tijd de verkeersmiddelen? Het zou ons werke lijk niet verbazen, indien in dit jaar de honderd milioen rijkelijk wordt overschre den. Nu wij toch vergelijkingen treffen met vorige tentoonstellingen, is het wel inte ressant er eens op te wijzen, dat ook de „wonderen" van een moderne tentoonstel ling, geheel anders geaard zijn dan die van vroeger tijden. Natuurlijk, de Eiffeltoren, een beetje ge moderniseerd, speelt zijn oude en tegelijk nieuwe rol van „toren van licht", maar het Trocadéro is als een modern gebouw uit zijn oude steenhoop opgestaan. Een imposant iets is geheel verdwenen: het groote rad van avontuur. Tijdens de tentoonstelling van '89 eischte het ook wel wat veel van de zenuwen en misschien ook wel van den maag der menschen, die zee ziek werden. Derhalve moest het martel werktuig tenslotte in het begin van deze eeuw verdwijnen. Dat is jammer, beweren moderne lieden, want het zou zeer ge schikt zijn geweest als trainingsapparaat voor aspirant-vliegers. Toch zou het wel aardig zijn, eenige an dere oude wonderen op deze tentoonstel ling weer eens te doen herleven. Zoo werd er op de tentoonstelling van het jaar 1900 een soort sprekende film ver toond. Op het oogenblik zou het ding zeker een lachsucces zijn, omdat men het spreken met huilen, brullen of gillen zou betitelen. Minder zou men spotten, als men het paleis van de fee „electriciteit" nog eens zag, dat veertig jaren geleden zoo'n indruk maakte, dat velen er van weenden. Voor het eerst verspreidden millioenén lampen hun licht, terwijl het als symboliseering ge dacht was van den lich tenden geest, die de macht der duisternis overwon. terend theater krijgt. Men is nog druk bezig daaraan te bouwen en hoe dit alles op tijd klaar moet komen, begrijpt nie mand. Maar er bestaat geen twijfel aan, dat bij de opening wel alles „bijna" klaar zal zijn. Van den Trocadéro-heuvel af heeft men een schitterend gezicht op het tentoonstel lingsterrein. De Nederlander kan daarbij uiterst tevreden zijn, indien hij ziet, welk een gunstig plaatsje men aan zijn paviljoen heeft gegeven. Eigenaardig is het, de roode vlag met sikkel en hamer van de Sovjet-Unie niet ver van de hakenkruisvlag te zien wappe ren. Maar de strijd, die de beide wereldbe schouwingen hier met elkaar zullen strij den is van een vreedzaam karakter en dat is het mooie van een wereldtentoonstel ling in dezen roerigen tijd. Men kan door de vensters van ieders huis een blik wer pen en wie eerlijk is, zal zich door geen politiek laten beinvloeden om te bewonde ren, wat er te bewonderen valt. Evenals de vorige tentoonstellingen zal ook deze aan Parijs eenige gebouwen van blijvenden aard schenken. Naast het Tro cadéro blijven ook de beide musea voor moderne kunst voor de toekomst behouden. Na afloop van de tentoonstelling zullen hier de collecties van het Musée du Luxem- bourg en van het Petit Pais ondergebracht worden. Verder dóet ook het verkeer zijn voor deel met deze tentoonstelling. Zoo heeft men de bekende Pont d'Iéna 35 M. ver breed. Een reusachtig werk, dat ook de vreemdelingen zal imponeeren, is de on- dergrondsche passage van de Quai de To kio naar de Pont d'Iéna. Opening voor bet publiek op 15 Mei. „Komt men klaar of komt men niet klaar?" is de vraag, die velen zich gesteld hebben. Monsieur Locquin, gedelegeerde van het tentoonstellingscomité, heeft daar op thans het antwoord gegeven. Officieel zal de tentoonstelling, zooals ook het plan was, op 2 Mei door den Fran- schen president geopend worden maax het publiek zal eerst op 15 Mei de toegangs poorten mogen passeeren. Op dien datum zal het werk wel voor verreweg het groot ste gedeelte gereed zijn. Relatief weinig werkuren heeft de bouw van deze tentoonstelling geeischt: slechts 10 millioen, te verdeelen over ongeveer 20 duizend arbeiders De rol van het Trocadéro. Jaar in, jaar uit voeren de bewoners van onze eenzame wadden-eilanden een onvermoeiden strijd om den grond en de zee het weinige, dat zij voor hun levensonderhoud noodig hebben, te ontworstelen. «Het is een sober en eenvoudig geslacht van vis- schers, dat hier leeft, taai en onver zettelijk als de elementen die zij be vechten, karig met woorden, gehard door de nooddruft van hun bestaan. Afgezonderd van het gewoel der we reld, ver van den kloppenden levens stroom der groote verkeerswegen liggen ten Noorden van Friesland, Groningen en Oost-Friesland de Wadden-eilanden in de grauwe Wad denzee. Lang voor onze historische tijdrekening noet er een groote bodemverzakking heb- aen plaatsgevonden. Zoo viel het heele land van de Noord- en Oost-Friesche kust len prooi aan de geweldige vloedgolven, lie uit den Atlantischen Oceaan kwamen lanrollen. Nog thans worden er op de wadden voor- il die boven Duitschland, op dertig meter liepte denne- en eikenstammen, hertege- veien, bevertanden en allerlei menschelij- ce werktuigen gevonden, die het onmis- tenbare bewijs leveren, dat hier vele dui- :enden jaren geleden, een vruchtbaar land leeft gelegen. Steeds dieper vraten zich de hongerige golven der Noordzee in de overgebleven, looger gelegen landstreken in, steeds er- jer verwoestingen richtten de onstuimige jeeën op de overgebleven eilanden aan. Driehonderd' jaar geleden, toen tijdens len dertig jarigen oorlog wilde soldatenhor- den moordend en brandstichtend door de- se gewesten trokken, teisterde stormvloed op stormvloed de Noordelijke Wadden eilanden. In 1632 verzonk het legendarische Frie- sche Vineta-Roengholt, terwijl twee jaar later, op 11 October 1634 ook het groote wadden-eiland Noordstrand onder de gol ven verdween. Op een enkelen nacht von den 6200 menschen en 50.000 stuks vee een graf in de golven der Noordzee. De wrak stukken van 1300 huizen en 30 molens dre ven den volgenden morgen in de Wadden zee rond, en slechts enkele kerktorens sta ken als grafsteenen boven het water uit. „De zee knaagt aan de kustlijnmaar le Friezen knagen aan de zee!" Dit oude woord der kustbewoners heeft zich bewaarheid. Met een onbeschrijflijke taaiheid, in het begin met bijna ontoerei kende middelen, heeft de Friesche boer driehonderd jaar lang getracht, de zee het geroofde land weer afhandig te maken. Als de zon op de breede, met mosselbanken bezaaide wadden en in de verte op de groene eilanden schijnt, waar de met stroo bedekte visschershuizen staan, dan ligt er zulk een vrede over dit landschap, dat wij geen vermoeden hebben van den harden levensstrijd van zijn bewoners en de on verbiddelijke wreedheid, waarmede de gol ven steeds weer op deze eenzame bolwer ken der menschen losstormen. Witte meeuwen cirkelen in hun breede vlucht boven deze groene eilanden en hoog boven hen, tegen den blauwen hemel zingt de leeuwerik zijn eeuwige melodie. De dag begint vroeg. „Opstaan!" en de kinderen springen uit de smalle alkoofbed den om vader en moeder in huis en hof te helpen, de schapen te hoeden of de boo ten in gereedheid te brengen. In troostelooze eenzaamheid ligt het landschap. Maar in het Noorden stapelen zich zware wolkbanken opeen en een on heilspellend borrelend geluid kondigt den vloed aan, die, voor het oog nog nauwe lijks waarneembaar, komt opzetten. Dicht rondom de eilanden zijn de slikgronden zoo goed als ongevaarlijk, zelfs als het wa ter zóó hoog komt, dat de menschen er tot de enkels in loopen. Want het water stijgt in zes uur geleidelijk ongeveer drie meter, in doorsnede dus een halve meter per uur. Men kan zich dus tijdig in veiligheid bren gen. Gevaarlijk is het slechts, als de mist komt opzetten en men zich te ver van huis heeft gewaagd, zoodat men de geulen tusschen de wadden, die bij opkomenden vloed het eerst onderloopen, moet over- BIJ DE ILLUSTRATIES: Links boven: Een prachtige tegelwand in een der oude boerenhuizen. Rechts boven: In den zomer wordt het hooi opgetast, dat op de wadden geoogst en over het water wordt binnengehaald. Midden: Typische nederzetting van uit de lucht gezien. Het is eb, het water is weggevloeid. Als een burcht liggen de boer derijen op het eiland. Links: (Boven) Aan den maal tijd. Het boerengezin zit om den disch ge schaard. (Beneden) Als de vloed zijn hoogste punt heeft bereikt, komt het water tot dicht bij de boerderij. Rechts: (Boven): Bij eb kan men van de wadden met den wagen naar 't vasteland rijden. De weg is door de vele kui len niet zonder gevaar. Wie door bijzondere om standigheden is verlaat, kan soms op den terug weg door den vloed worden verrast en ziet, zooals hier het geval is, den weg afgesneden. De paarden zijn reeds uitgespannen. De boer en zijn vrouw roepen om hulp. (Beneden) Landelijke rust temid den van het eeuwige geruisch der golven. zwemmen om op de boerderij te komen Dan klinken tot in verren omtrek hoor baar, de misthorens, die de „slikloopers" waarschuwen en de lichten achter de ra men zijn dan de bakens, die de verdwaal den dikwijls tevergeefs trachten te berei ken. Als echter de windvlagen de muren der huizen doen schudden en de storm het met zooveel moeite bijeengegaarde voedergras uit elkaar blaast, dan is het hoog tijd, dat de menschen en het vee voor den losbre- kenden orkaan onder het beschuttende stroodak een toevlucht zoeken. Wee den- gene, die dan nog buiten op zee is! Vaak schijnt het, alsof de huizenhooge golven deze, een oogenblik tevoren nog zoo vreedzame kleine wereld, in één oogwenk zullen wegvagen. Thans is langs de heele kust, van Bruns- buttel tot Hoyersluis, de eene dijk na de andere in de wadden aangelegd en ook de wadden-eilanden, b.v. Noordstrand (1934) Ohland en andere zijn nu door geweldige dijken met het Oost-Friesche vasteland ver bonden. En, het groote plan der droogleg ging zal tenslotte alle Noordfriesche eilan den, de Halligen ingesloten, met het schiereiland Eiderstadt, dat vroeger zelfs slechts een eiland was, verbinden. Maar nog zal het vele tientallen jaren duren, eer op dezen maagdelijken bodem nieuwe graanschuren zullen verrijzen en het nood lot van deze door wind en zee omspoelde eilanden voorgoed zal zijn gekeerd. De dijken, die eilanden en wadden met het vasteland verbinden, zijn aan beide kanten met kribben, versterkt. Deze lood recht op de dijken staande dammen houden als vangarmen de door den vloed aange voerde slib en zand-massa's, zeeplanten en dierresten vast en maken, dat heel lang zaam aan de bodem wordt opgehoogd. De natuur komt het menschelijk streven hier behulpzaam tegemoet. Zoo beklagenswaardig als het lot van de weinige bewoners der wadden-eilanden vroeger mocht heeten, is het thans niet meer. Het oude Trocadéro had men in het jaar '89 gebruikt om de wonde ren der natuur te too- nen. Er was b.v. een Zuidamerikaansche slin gerplant, die een tak had van meer dan 300 M. lengte en bijna 400 Kg. woog. Het nieuwe Trocadé ro zal ons nu wonderen op geheel ander gebied toonen. Het gebouw zelf speelt weer de hoofdrol op de tentoon stelling. De relatief be perkte ruimte, die men aan een wereldtentoon stelling in het hartje van Parijs kan geven, belette natuurlijk het oude Trocadéro als een soort „monster-wonder" te laten staan. Een nieuw gebouw is daar om verrezen, dat even als het oude als groot ste attractie een schit-

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1937 | | pagina 8