DROST I WELKOM. OPRUIMING NOUVEAUTÉ waarin opgenomen „De Nieuwe Soester", „De Soester Post", „Huis aan Huls" en Soester Advertentieblad". Uitgave x DRUKKERIJ SMIT N.V., SOESTDIJK, Van Weedestraat 35, Telefoon 2566. 16e JAARGANG VRIJDAG 6 AUGUSTUS. No. 13 33 Le Roi est mort, vive le Roi. Het Proefgebod. KLEEDINCM AG AZIJN oü&ib^aüéi.ji Officieele kennisgevingen Het aanbieden der Prinse lijke Standaards. Fleurig schouwspel. Zijden onderjurken Ogl met kleine weeffouten ©O cent Van Weedestraat 28 - Tel. 2804 Jamboree. Waar menschenhaar voor dienen kan. ADVERTENTIEPRIJS: van 1—1 regels 0.75. Elke regel meer 15 cent. Advertentie's tusschen de tekst dubbel tarief. Bij contract belangrijke korting. Advertentie's worden in beide bladen opgenomen. UITGAVE van: „DE SOESTER COURANT". Algemeen Weekblad en „SOESTER NIEUWSBLAD". Algemeea Christelijk Weekblad. ABONNEMENTSPRIJS per 3 maanden 60 ct.. franco per post 65 ct., 20 ct. per maand. 6 „Briefkaart-Foto's" vanaf f 2.— in de bekende prima uitvoering V Steenhofstraat, 56, Tel. 2486 Het is vier maanden geleden, dat wij ston den bij de laatste rustplaats van wijlen Bur gemeester Mr. G. Deketh. We zien nog de honderden ingezetenen den overleden Burgemeester begeleiden naar den Doodenakkfir. We weten nog hoe een heuvel van bloemen en kransen de gevoelens van velen vertolkteni Dat alles was weer spoedig voorbij. De tijd gaat langzaam maar zeker voort. In be slag genomen door onze dagelijksche moei lijkheden en bekommeringen, denken we niet weer terug aan het verleden, we gunnen ons geen tijd om er aan te denken. Aangrijpende dingen, hetzij vreugdevol of smartvol, die ons immer lijken bij te blijven, worden op den achtergrond van onze herin nering geschoven, verflauwen van omtrek, om tenslotte tot verdwijnen gedoemd te worden. Toen we echter Dinsdag de blijde, vreug devolle en enthousiaste intocht meemaakten van onzen nieuwen Burgemeester, toen dach ten we aan de fransche spreuk: „Le Roi est mort, vive le Roi'-, De Koning is dood, leve de Koning. Toen brachten we een hoogen inwoner 'teri grave; Thans bereidden we e«o anderen hoogen Inwoner een hartelijke onlangst. De tijd ging onverbiddelijk zijn tragen maar zekeren gang. Dinsdag was er ook groote belangstelling, waren er ook vele prachtige bloemen, ook vele redevoeringen; alleen ademden zij een andere geest dan Wj de gebeurtenis hierboven geschetst alleen vertolkten zij andere gevoe lens dan toen. Welkom Burgemeester Visser. In alle toonaarden is dit gezegd en ge zongen en we gelooven dat dit gemeend is. Het moet ons zeer dankbaar stemmen, dat deze woorden vanuit alle lagen der bevolking kwamen. Jong en oud, rijk en arm, allen verheugden zich een Burgemeester het welkom toe te hebben geroepen, die jong en krachtig is,, een Burgemeester die ineens alle sympathie der inwoners heeft verworven. Dat deze ver houding tusschen Burgemeester en bevolking zoo moge blijven. Laat het nu voor eens en voorgoed uitzijri met het klein-dorpsche gedoe. Nu hebben we zen joviale, jonge, stoere kerel in ons midden, die de kennis, ambitie en werkkracht bezit Dm in Soest iets te presteeren, Soest geef Uwe medewerking aan de zeer moeilijke taak, die op zijn schouders is ge legd, opdat Soest vooruit zal gaan als nimmer le voren. Dan zal het Welkom van Dinsdag een diepe, rijke inhoud gehad hebben, dan zal het goed gemeend zijn geweest, j Burgemeester Visser, welkom U. en Uw gezin. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Soest /naken bekend, dat het verzoek van de N.V- Oliën en Benzine Import Mij. te Soest, om op in perceel, kadastraal bekend in sectie II, nö. 4866 gelegen aan de Lindenlaan no- I een benzinebewaarplaats te mogen oprichten door hen voorwaardelijk is ingewilligd op 30 Juli 1937. Soest, 31 Juli 1937/ De hoogste roeping der vrouw was niet om wijsheid te vergaderen, zooals zij begeerd had, maar in hel verkrijgen van kinderen. De apostel Paulus zegt ervan I Tim. 2:11 e-v-: Eene vrouw late zich leeren in stilheid, in al le onderdanigheid. Doch ik laat de vrouw niet toe dat zij leere, noch over den man heersche. Doch zij zal zalig worden in kinderen te baren, zoo zij blijft in het geloof en liefde heiligmaking met matigheid. En dan het tweede gedeelte van de straf. Tot uw man zal uwe begeerte zijn, en hij zal heerschappij over u hebben. Was er voor dezen slechts sprake van een harmonisch opgaan in elkander, waarin man en vrouw te zamen eerst het ware mensche- lijk wezen in volkomenheid tot openbaring zou brengen, sinds den val, is die verhou ding diep ingrijpend veranderd. De vrouw gaat in. het moederschap op en zij heeft zich te schikken onder den man. Dat gaf aanleiding tot de verdrukking en de slaver nij or.der de volken, wier levensontwikkeling omging buiten de louterende, heiligende, macht van God Woord. De herscheppende invloe den, die het Woord deed uitgaan in het leven der volken, hebben in beginsel aan de vrouw hare eere hergeven. Christus alleen heeft haar vrijgemaakt en Hij alleen, is bij machte in de toekomst hare vrijheid te hand haven. De vrouw is niet de gelijke van den. man, maar als uit eenzelfden grond met hem op gekomen, wel gelijkwaardig, met hem. Niet zijn mindere, maar een andere, toegerust met eigen levensgaven, .waardoor zij hem schen ken kan hetgeen hij niet heeft ontvange(nJ Niet zijne slavin in onderworpenheid geket- tend, al _is_ Jiij haar. hoofd, de draaggronid van haar leven, maar wel de vrouw, met wie hij één zal wezen, zooals Christus is het Hoofd van zijne gemeente, die door Hem wordt ge leid, gelijk Hli door haar wordt gediend. Maar ook de man moest zijn straf aan- hooren. God sprak: „Dewijl gij geluisterd hebt naar de slem uwer vrouw en van dien boom gegeten, waar ik u van gebood, zeg gende" Gij zult daarvan niet eten; zoo zij het aardrijk om uwentwil vervloekt en met smart zult gij daarvan eten, al de dagen uws levens. Ook zal het u doornen en distel en voortbrengen, en gij zult het kruid des velds eten. In het zweet uws aanschijns zult gij brood eten, totdat gij tot de aarde weden- keert, dewijl gij daaruit genomen zijt; want gij zijt slof, en zult tot stof wederkeeren". Gen. 3:17-19 gunt ons een diepen blik in de worsteling, die de mensch zal voeren om zijn bestaan, in zijn strijd met de natuur. De vloek over den mensch moest zich voort planten over al wat hem omgaf. De zonde krijgt eene komische beteekenis. Zij bl'ijft niet beperkt tot den mensch, maar breidt zich uit over alle levensspheer, ook over de eerste voorwaarden van zijn bestaan. Eenerzijds had het gif der zonde het mcnschelijk vermogen aangetast en verminderd in kracht, en ander zijds zou de aarde tegenover des menschen /u-beid zich betoonen als onvruchtbaar, zoo dat aan haar slechts met moeizame inspan ning van alle krachten kon ontworsteld wor den, hetgeen de mensch behoeft voor zijn levonsbestaan. Als een daglooner, zou hij hijgen naar de schaduw en zijn levensdagen ^oortsleepen, in onrust en moeite. Aan hem was de taak aangewezen uit een vervloekten akker te verwerven, wat noodig zou wezen voor beider bestaan. En als dan, na zwaren arbeid het noodige gewonnen zou zijn, ook dan zou het nog gelden: „en met 'smart zult gij daarvan eten al de dagen uws levens". Het verwerven en het genieten, het zou beide geschieden onder den druk van een onzegbaar leed, dat over het gansche jnenschclijke leven zijn donkere schaduw werpen zou. Onwillig zal hij zich bukken onder den vloek en toch telkens worden voortgedreven, wijl de akker' dan in stede van vrucht, slechts doornen en distelen zal voortbrengen. De le vensstrijd zou al zijne krachten opvorderen, zoodat hij verkeeren moest in een voortdurend zwoegen en slaven, dat het zweet zou doen parelen op zijn aangezicht. En wat nog meer is dan deze strijd, het gansche leven zal van nu aan, liggen van het begin tot het einde onder den geweldigen druk der schaduw des doods. Voort worstelend van dng tot dag opent zich aan de eindpaal van den weg, de groeve des doods. Na een leven van arbeid in het zweet ziins aanschijns, na al de moeite zorg en strijd, wordt hem van Gods wege ver kondigd, dat de mensch tot de aarde weder keert, dewijl hij daaruit genomen is. Van stof zijt gij gemaakt en tot stof zult gij weden- keeren Onder zeer groote belangstelling zijn Za terdagmiddag ten Paleize de nieuwe stan daards voor Z.K.H. Prins Bernhard, door de vereeniging „De Princevlag'' aangeboden. Reeds om 4 uur stonden duizenden zich te verdringen voor het Paleis, om niets te "missen van het kleurrijke scho.uwspel, dat aanstonds aan hun oog zou ontrold worden. Teneinde het verkeer op den Rijksweg vol doende doorgang te verleenen, mocht de me nigte zich alleen opstellen op het gazon voor het Paleis doch niet voor de hekken. Deze maatregel, die voor het verkeer zeer op zijn plaats was, zal echter =bij het publiek niet erg In den smaak zijn gevallen. Om pl.m. 4 uur werd de koninklijke stan daard van de Prinses, die tot nu toe altijd op de middelste mast heeft gewapperd, inge haald en aan de rechtsche mast geheschen. Onderwijl hadden alle afdeelingen van de vereeniging „De Princevlag'1 zich op de To renlaan in Baarn opgesteld en marcheerden, vergezeld van zeer vele vlaggen, de Konings laan in. Successievelijk trokken vandaar de navolgende afd. naar het Paleis: Amersfoort, Assen Leiden, Woerden, Driebergen, Zwijn- 'drecht, Woudenberg, Dordrecht, Amsterdam, Eindhoven, Den Haag, Vlaardingen. en Den Bosch. De afd. Den Haag en Den Bosch waren vergezeld van muziekcorpsen. Langs den Rijksweg trokken weer andere groepen op. Terwijl al deze groepen den linker-ingang van den Paleistuin introkken, hadden zich de muziekcorpsen en een corps pijpers en tam boers, de laatsten ten getale van 200, op het gazon voor het Paleis opgesteld. Om vijf uur stonden een 4000-tal leden aan weerskanten en voor het bordes opgesteld, toen het „Geeft acht'' weerklonk. Vaandels gingen omhoog, stram stonden de geuniforde leden in het gelid, de eere-signalcn werden geblazen en een gejuich barste los; de Prinses en de Prins, vergezeld van Jvr. De Brauw, den secretaris en den adjudant van den Prins, traden naar buiten en aanschouw den op het bordes 't kleurrijke schouwspel. Hierna werd door de muziek het „Wil helmus'' ingezet, hetgeen het sein was, dat een der groote vlaggen, welke door „De Princevlag'' werden aangeboden, aan de lin ker mast op het Paleis werd geheschen. Het tweede exemplaar werd door een groep leden van „De Princevlag'- opgehouden, waardoor de Koninklijke familie vanaf het bordes gelegenheid had de vlag en de tee- kening daarin te aanschouwen. Aan weerszijden van deze groep, stonden een 6-tal dames en heeren geschaard, welke, afhangende van een der armen, de 12 auto standaards toonden. Deze 12 personen waren gekozen uit de groepen van „De Princevlag'-, welke aan de 4-daagsche te Nijmegen hadden deelgenomen en dan ook getooid waren met het daarbij behaalde eereteeken. Nadat de laatste toonen van het „Wilhel mus'* hadden weerklonken, sprak de voor zitter der organiseerende vereeniging „De Princevlag'' de navolgende rede uit: Koninklijke Hoogheden! Dat het ons, als vertegenwoordigers van de Vereeniging „De Princevlag'' uit het gan sche land is toegestaan ons hier voor Uw Pa leis op te stellen en zoostraks voorbij Uwe K.H. te defileeren, is ons een oorzaak van groote vreugde en dankbaarheid. Nog temeer, omdat dit défilé vergezeld mag gaan van de persoonlijke aanvaarding door U, K.H. van het tweede deel van ons huwelijksgeschenk; Pa leis- en autoslandaards voor U, Prins Bern hard der Nederlanden. Het was ons een bijzondere eer als grootste cn meest universcele Oranje-organisatie in den lande, toestemming te ontvangen bij Uw hu welijk de standaards voor Uw Paleis en Uw auto's te mogen aanbieden, een geschenk, zoo volkomen liggend in de lijn onzer Vereeniging, die toch ook beoogt het bevorderen van het vlaggen. En konden wij bij Uw huwelijk in Januari van dit jaar nog slechts aanbieden de standaards voor U, K.H. Prinses der Neder landen, wij zijn blijde thans ons geschenk te kunnen completeeren, en het zij ons vergund daar thans bij te voegen het album, vervaar digd door de hand van ons medelid, den heer Dick Meester bevattende de namen van de Princevlag-leden, die, behalve aan het alge- meene geschenk, ook aan dit bijzondere hu welijksgeschenk als geheel bijdroegen. Koninklijke Hoogheid! De samenvlechting in Uw standaard van de heraldische motieven uit het wapen van het Huis van Oranje en die uit het wapen van Acht en twintig duizend jongens Zijn te gast in Vogelzang. Op de Jamboree der wereld, Is 't een leven van belang /Padvinders uit alle landen Kwamen naar klein Nederland, Sloten hier in alle talen Inderdaad een vriendenband. 't Is wel aardig eens te kijken Naar dat drukke leven daar, Want ook organisatorisch Is 't daar keurig voor elkaar. Alles leeft in tentenkampen Op de Wereld-Jamboree En de leiders hebben zeker, 't Zaakje fijn onder de knie. Door de kopstukken is heel lang Van tevoren nagedacht. En die acht en twintig duizend, Zijn perfect onder gebracht. Eten, drinken, slapen, waken. Dienstdoen, werken, gaat perfect Trouwens Padvinders zijn altijd Ordelijk en zeer correct. In de kampen koopt U alles, Wat U zich maar denken kunt: Ijs en toffie's, limonade, Chocola of mocapunt. Alle soorten winkelwaren.. Potlood, pen of schrijfpapier. Niets ontbreekt er in die wereld, Zelfs geen Jamboree-barbier. Naar ik weet heeft deze kapper Op de Jamboree geen strop. Want de meeste van die knapen I Hebben „borstels" op hun kop. Met een zestal assistenten, i Knipt die kapper er op los. Op de hoofden van die welpen, Groeit een weelderig en bos. Knippen, knippen, niets dan knippen, Want van scheren komt niet veel. Bij de meeste van die welpen, Zit de baard nog in de keel. E. v. nea kinddah's i|,v) boter voor asfallpapier 1L W Moeder laai U van Pappias haar ook een kleedje maken? Onze Oosterburen zijn toch In elk opzicht vindingrijk, Daarvan gaven zij al dikwijlt* En op vele wijzen blijk. Nu weer willen zij voorkomen, i Dat er iets verloren gaal, Zelfs de afgesneden haren, Moet men offeren aan den Staat Wie zag er tot noch toe waarde In zoo'n afgesneden pluim Enkel zwaar verliefde menschen In een zwaar verliefde luim. Maar die ,\vaardelooze" haren Passen in 't Vierjarenplan En de vindingrijke Duitschers Maken er tapijten van. Ondertusschen, met die haren Heeft men een goedaardig doel, En in elk geval niet strijdig Met ons menschelijk gevoel Niemand zal het euvel duiden Dat men experimenteert, Zoolang men van menschenharen Maar geen kogels fabriceert! het Huis Von Lippe Biesterfeld is niet slechts zinnebeeldig; wij weten, dat het de uiting is van een zéér gelukkige werkelijkheid, waar over ons gansche volk zich uitermate verheugt, en waarin wij ons rijk gezegend achten. God geve dat de geheschen standaards ten allen tijde en gedurende een lange reeks van jaren slechts mogen wapperen van een Huis, dat binnen zijn muren herbergt het geluk van Uw Koninklijk Gezin, welk geluk ook het geluk zal beteekenen van het Nederlandsche Volk binnen en builen de landsgrenzen. Na deze rede klonk spontaan een drien werf ,Leve de Prinses, leve de Prins" op uit de duizenden, welke in de paleistuin bijeen waren. Hierna werd het dagelijksch bestuur der vereeniging „De Princevlag", bestaande uit de Heeren: Joh. G- L. Berlott, voorzitter; I-I. K- van Minnen, secretaris; K. Cebol, pen* ningmeester; W Jansen, 2e secretaris, door den secretaris van den Prins, Mr. Dedel, aan het Prinselijk Paar voorgesteld. Dan treedt de voorzit er weer naar voren cn biedt het album aan, waarin de namen staan van degenen, die bijgedragen hebben aan deze standaard. De Piiis dankte voor da fraaie standaards en de fraai gecalligrapheerdo album, en complimentr e de de voorzitter met een vereeniging waarva i alle afdeelingen uifc alle streken van Nederland waren overgeko^ men. De Prinses vond het een zeer decoratief schouwspel, en zeide het aardig te \nnden, dat een half jaar na Haar Huwelijk nu nog ectt Huwelijks-geschenk aangeboden werd. Het Prinselijk Paar ging het bordes nu af» om aan de rest van het Hoofdbestuur n.1- dfl Heeren J. A- Bach, Juli Da Silva, Mr. J. W. Aarts, S- Florie en Mr. J- H. Kok, voor** gesteld te worden. Zij bewonderden de standaard en onder-" hielden zich met eenige vrouwelijke ledct» der vereeniging, die aan de vier-daagsche-af-» stands-marscben hadden deelgenomen. H K.H. maakte Haar compliment aan de dames, dat zij ondanks de fraaie prestatie, die zij achtec den rug hadden, toch nog frisch hier ver schenen. Prins Bernhard vroeg aan den voor-i zitter of er nog iemand bij de vier-daagschei yan „De Princevlag" was uitgevallen, waar op de voorzitter antwoordde, dat wanneer cr uitvallers waren geweest, zij die hier niet haJ«i den gestaan 1 Nadat het Prinselijk Paar de bestuursleden had bedankt, trokken zij zich terug op hri bordes om het défilé te aanschouwen, ^crwiji de lakeien de 12 'auto-vlaggen en de groot© standaard in ontvangst namen. t Een grootsch en kleurrijk schouwspel had hierna plaats. Langs het bordes defileerden

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1937 | | pagina 1